Weemoed
Met weemoed denk ik terug aan de tijd dat de natuurfotografen vol opwinding half Nederland door reden om deze zeldzaamheid vast te kunnen leggen. Tegenwoordig kijkt niemand meer op als er zwarte ooievaars op de thermiek cirkelen, op zoek naar een lekker hapje. Ik besluit om naar één van de vele fotohutten op de Veluwe te rijden. Vanuit Twentestad is dit iets minder dan een uurtje rijden. Vanuit mijn woonkamer geef ik de auto opdracht om voor te rijden. Tien minuten later ben ik klaar voor vertrek. In mijn lekker gekoelde auto stap ik in en zeg tegen de boordcomputer waar ik naartoe wil. Comfortabel leun ik achterover terwijl de rit begint. Om de tijd door te komen pak ik er een lekker boek bij “het Nederlands vogelleven aan het begin van de 21e eeuw” van Piet Future. Al mijmerend blader ik door de pagina’s, wat een prachtige foto’s. Veel kan ik me ook nog goed herinneren.

Twentestad
Ondertussen schiet het lekker op, ik ben eindelijk de grote stadskernen van Twentestad uit. Tjonge wat breidt deze regio zich ongebreideld snel uit zeg. Ondertussen wonen er meer dan 750.000 mensen in deze contreien. De ruimte tussen de vroegere steden Enschede, Hengelo en Almelo is helemaal volgebouwd met woningen en bedrijventerreinen. Mijn zelfsturende auto heeft zich ondertussen ingevoegd in het met gelijkmatige snelheid rijdende verkeer.

Veranderende landbouw
Tussen de schaarse weilanden door waarin na de laatste kabinetsmaatregelen ten behoeve van ons klimaat amper nog vee te vinden is, gaat het verder richting het landbouwgebied vlakbij Lochem. Het gevarieerde coulisselandschap van vroeger is vrijwel verdwenen. Vrijwel overal zijn boeren aan het werk op graan-, lavendel- en zonnebloemvelden, die straks eind van de zomer weer geweldig mooi bloeien. De eentonigheid van de vroegere weides en maisvelden hebben plaats gemaakt voor een kleurrijkere landbouw.

Uitgestorven weidevogels
In het boek ben ik beland in het hoofdstuk met de weidevogels. Vroeger in dit gebied veelvuldig aanwezig, maar het is alweer twintig jaar geleden dat de laatste grutto is gezien. En een kievit is een zeldzaamheid, als er al eens eentje gezien wordt rijden de natuurfotografen er tegenwoordig massaal naartoe. Wat een geluk dat ik deze mooie vogels in mijn vroege jaren nog volop heb meegemaakt. En als er al eens een stelletje tot broeden komt dan vallen de jongen al snel ten slachtoffer aan de goudjakhalzen en vossen, die in grote aantallen door het landschap struinen. Ook een heel fraai dier, maar voor de zeldzame weidevogels wel heel jammer.

Wateropvang langs de grote rivieren
Vlak voor de vroegere stadsgrenzen van Deventer begint het gebied te veranderen. De brede uiterwaarden van de IJssel staan na de afgelopen natte winter nog geheel onderwater. Kilometers breed glinstert het water langs de snelweg. Het bekkengebied voor opvang van al het water dat uit Europa hierheen stroomt. Hetzelfde water dat Deventer en andere plaatsen langs de oude IJssel in de grote overstromingen van de afgelopen decennia van de kaart hebben geveegd. De gigantische moesonachtige slagregens hebben de vroeger zo idyllische rivier verandert in een brede verraderlijke stroom. Vijf kilometer verder ben ik de lange IJsselbrug over en komt de bosrijke Veluwe in zicht.

Orkaan
Als de auto het bosgebied in rijdt zie ik hoeveel schade er van de orkaan van vorige zomer nog zichtbaar is. In een brede strook van een paar honderd meter zie ik vanuit mijn auto dat vrijwel alles om ligt, ook het zeldzame dennenbos (een van de laatste die we in Nederland nog hadden) is vrijwel helemaal geveld. Bomen zijn afgeknapt als luciferstokjes. Zelfs dikke beuken liggen er gebroken bij. Gelukkig ligt de fotohut wat verderop.

Zandvlakte
Bij Apeldoorn draai ik de snelweg af, wat is het hier droog zeg. De weg verdwijnt bijna onder het stuifzand dat vanaf de megagrote Kootwijker zandvlakte komt aangewaaid. Vroeger was dit een klein gebied, ondertussen is de vlakte zo groot dat ik tien minuten nodig heb om in mijn auto de andere zijde te bereiken. Hier en daar nog een kleine boom, verder staat er ook niets meer.

In de fotohut
Eindelijk bereik ik het bos aan de overkant. Ik geef de auto opdracht om te parkeren en loop dan naar de fotohut, die tussen de parasoldennen, tamme kastanjes, vijgenbomen en kurkeiken gelegen is. Tjonge waar is de tijd gebleven van de oude loof- en dennenbossen die hier vroeger stonden, met zijn boomklevers, kuifmeesjes en andere mooie bosvogeltjes. Ik installeer mijn camera en wacht op wat komen gaat. Het duurt niet lang of de eerste vogels laten zich zien.

Nieuwe vogels
De bijeneters vliegen luid roepend rond. Ze komen van de zandwal even verderop waar de vogels broeden. Iets verder opzij zie ik de wielewaal in zijn prachtig gele kleed boven in een boom zitten. En in een blauwe flits zie ik de scharrelaar voorbijkomen. Toch makkelijk dat ik voor deze vogels niet meer een heel eind moet vliegen of rijden om ze te kunnen fotograferen, dit kan nu gewoon bij ons om de hoek. Heerlijk toch? Of toch niet?

Nachtmerrie over de toekomst?
Geschokt schrik ik wakker en zit bezweet recht overeind in bed. Wat een nachtmerrie was dit. De toekomst? En levensecht, zoals dromen zo vaak zijn. Maar is het eigenlijk wel een droom, of is deze toekomst echt? Gisteren heb ik op het nieuws de uitkomst van het klimaatoverleg in Egypte gehoord. Verschrikkelijk! Lang geouwehoer over geld. Vergoedingen die volgend jaar gegeven worden aan de landen die het meest te lijden hebben onder de huidige klimaatveranderingen. Niets, maar dan ook helemaal niets aan concrete afspraken over het stoppen van de achteruitgang van het klimaat. We kopen het gewoon voor de zoveelste keer weer af. Terwijl de afspraken van Parijs zijn dat de uitstoot van CO2 en methaan jaarlijks moet dalen zijn deze het afgelopen jaar alleen maar verder gestegen. In- en intriest dat het zo gaat. En zo voel ik mij ook, diep verdrietig want ik heb de hoop opgegeven dat het nog goed gaat komen met ons toekomstige klimaat en onze wereld. En dus ook met ons. Ik vrees het ergste voor onze kinderen en kleinkinderen. Die worden in de toekomst opgezadeld met een mega probleem waar ze niet om gevraagd hebben. Omdat wij niet willen zien wat er voor onze ogen gebeurt. En er niets aan willen doen.

Gelukkig vind ik bijeneters, hoppen en scharrelaars ook mooie vogels. Dan ga ik die maar fotograferen in plaats van grutto’s, kuifmeesjes en kieviten. En u, heeft u nog hoop op een stabiliserend klimaat? Of gaat u in de toekomst ook over op het fotograferen van tropische soorten in eigen omgeving.
12 reacties
Wat maken we er collectief een bende van. In het artikel wordt wel mooi geschetst hoe de natuur zal reageren. Want de natuur zal zich aanpassen. Of wij, die onszelf als dominante soort en beheerders van de schepping beschouwen, ook zoveel aanpassingsvermogen hebbne moet nog blijken.
Hoi Jan,
leuk verhaal maar met een waarheid als een koe er verdwijnt veel in een rap tempo ,
en ja heel graag de grutto terug !
Brrrrr…Een hele slechte droom 🙁