Menu

Onderdeel van Pixfactory

De fascinerende boerenzwaluw

Als kleine jongen kon ik vroeger uren achter het huis staan kijken naar de huiszwaluwen die onder de dakrand nestelden. Het af en aan vliegen van de ouders naar de jongen die hun bekkies als kleine felgele trompetmondjes opensperden om maar zoveel mogelijk voedsel te krijgen kon me toen al immens boeien.
Boerenzwaluw die na het voeren van de jongen met een poepje in de snavel weer de schuur uitvliegt.
Boerenzwaluw die na het voeren van de jongen met een poepje in de snavel weer de schuur uitvliegt. Fotograaf: Jan Dolfing

Drie zwaluwsoorten

Mijn oom, een groot natuurliefhebber, bracht me de beginselen bij van de verschillen tussen de diverse soorten zwaluwen. In Nederland heb je drie soorten zwaluwen; de huiszwaluw, de boerenzwaluw en de oeverzwaluw. Daarnaast zijn er nog de gierzwaluw en de nachtzwaluw, die echter beiden alleen in naam een zwaluw zijn. Geen van beiden zijn verwant aan de echte zwaluwen. De gierzwaluw is zelfs meer verwant aan de kolibrie dan aan de zwaluw.

De oeverzwaluw, heel andere kleuren en bouw dan de boerenzwaluw.
De oeverzwaluw, heel andere kleuren en bouw dan de boerenzwaluw. Fotograaf: Jan Dolfing

Mijn favoriete zwaluwsoort

De boerenzwaluw is mijn grote favoriet. Die razendsnelle vliegers met dat mooie rooie koppie en dat heerlijke geluid hoog in de lucht als ze met hun luchtacrobatiek bezig zijn. Geweldig vind ik dat. Toen we 12 jaar geleden dan ook de kans kregen om te verhuizen naar een oude boerderij was dan ook één van de eerste gedachten “misschien zitten er wel boerenzwaluwen”. Nou, niet dus. Rond de boerderij was het een wildernis en in de beide schuren op ons erf had al jaren geen vee meer gestaan. En zonder vee of paarden is de kans op nestelende zwaluwen veel kleiner. En beide schuren zaten potdicht, hier kon geen zwaluw binnen vliegen.

Oeverzwaluwen in de vlucht. Razendsnel.
Oeverzwaluwen in de vlucht. Razendsnel. Fotograaf: Jan Dolfing

Paardenwaus

Gelukkig zijn mijn vrouw en dochter helemaal waus van paarden en onze beide pony’s konden nu mooi bij huis op stal. Een magneet voor zwaluwen dacht ik. De staldeuren bleven vanaf april dag en nacht open, waardoor de stal toegankelijk werd voor vogels. Binnen no-time zat er al een houtduif te broeden. Lijkt in lompigheid en dommigheid niets op een zwaluw, maar mooi vond ik het wel.

Boerenzwaluw op de uitkijk.
Boerenzwaluw op de uitkijk. Fotograaf: Jan Dolfing

Zwaluwen in de stal!

De eerste twee jaar gebeurde er niets maar in het derde jaar zag mijn vrouw opeens tijdens het uitmesten van de stallen twee zwaluwen de stal in- en uitvliegen. En dat proces herhaalde zich steeds vaker. Ze gingen ook zo nu en dan overnachten op de balken in de schuur. Maar nestelen gebeurde dat jaar nog niet. Het jaar erop was het echter raak, er wordt een nestje gebouwd. De vogels vliegen af en aan van onze poel naar de stal. Snavels vol klei werden aangesleept en aan elkaar geplakt en al snel werden de contouren van een nest zichtbaar. Precies boven mijn werkbank die dus ook voortdurend onder gescheten werd. Maar ja, je moet er wat voor over hebben. Een zeil over de werkbank was een makkelijke oplossing.

Boerenzwaluw.
Boerenzwaluw. Fotograaf: Jan Dolfing

Dode kuikens

En na ruim twee weken broeden konden we de eerste jongen in het nest geluid horen maken. Wat was ik gelukkig. De groei verliep voorspoedig, maar helaas, voor de kuikens groot werden kukelden ze beide over de rand van het nest en lagen dood op de grond. Wat een k-gevoel zeg, hebben we eindelijk zwaluwen en dan gebeurt dit. Of het onervarenheid van de jonge zwaluwen was en hierdoor een te ondiep gebouwd nest dan wel domme pech weet ik niet. Maar ik baalde gigantisch.

Jonge boerenzwaluwen, net uitgevlogen.
Jonge boerenzwaluwen, net uitgevlogen. Fotograaf: Jan Dolfing

Herkansing

Er werd door de zwaluwen ook niet aan een tweede leg begonnen en eind augustus waren ze verdwenen, op hun lange reis naar Afrika. De winter duurde lang. Ver in april was het nog koud en viel er sneeuw en half mei was er nog geen zwaluw te bekennen. Ik had de hoop al bijna opgegeven dat we nogmaals zwaluwen in de schuur zouden krijgen. Maar plotseling was dan eind mei de eerste zwaluw terug. En nog geen paar dagen later ook de tweede. En dit keer ging alles van een leien dakje.

Tot hoog in het noorden kun je de zwaluwen tegenkomen, zoals bij deze gletsjer in Noorwegen.
Tot hoog in het noorden kun je de zwaluwen tegenkomen, zoals bij deze gletsjer in Noorwegen. Fotograaf: Jan Dolfing

Jonge boertjes!

Een nieuw nest op een andere plek in de schuur en een veel groter legsel. Vijf jonge boertjes staken hun koppie boven de nestrand uit. En pa en ma maar aan- en afvliegen. De stal zat vol gekwetter. Alle vijf de jongen zijn na ruim drie weken voeren uitgevlogen. Waarna er een tweede leg volgde met nog eens drie jongen. Wat een succes zeg! En sindsdien broeden ze jaarlijks in onze schuur boven de paardenstallen. Het wachten is eigenlijk al enige tijd op een tweede nest, maar dat is tot op heden helaas nog niet gebeurd. Maar wie weet wat komend jaar ons brengt.

Jonge boerenzwaluw vlak het voor vertrek naar Afrika.
Jonge boerenzwaluw vlak het voor vertrek naar Afrika. Fotograaf: Jan Dolfing

Lange gevaarlijke reis

Want als het goed is zijn de zwaluwen weer op de terugweg van Centraal- of West-Afrika naar Europa. Ze trekken dan met de mooi weer grens mee naar het noorden, precies die lijn volgend waar insecten te vinden zijn. Een gevaarlijke reis, want naast de noodzakelijke voeding voor de lange reis liggen er ook vele gevaren op hun weg. Zoals de schietgrage Fransen, die alles afknallen wat ze maar voor hun geweer kunnen krijgen. Mafklappers zijn het in mijn opinie.

Zwaluw op trektocht.
Zwaluw op trektocht. Fotograaf: Jan Dolfing

Rode lijst

Helaas is ook de boerenzwaluw ondertussen een vogel die op de rode lijst in Nederland staat. Door verandering van de boerenerven, modernere stallen en een strengere regelgeving over het milieu, hygiëne en veiligheid zijn er veel minder geschikte broedplekken. Ook de achteruitgang van het aantal insecten speelt een grote rol. Aan het einde van de vorige eeuw was het bestand aan boerenzwaluwen met bijna 70% teruggelopen ten opzichte van de jaren ‘60. Gelukkig nemen de aantallen zwaluwen de laatste jaren weer wat toe, met name door een toename van broedplaatsen in paardenstallen, zoals ook op ons erf. Op dit moment zijn er weer circa 250.000 broedparen in Nederland.

Uitrusten na de lange reis.
Uitrusten na de lange reis. Fotograaf: Jan Dolfing

Reikhalzend kijk ik uit

Nog een maandje en dan kijk ik weer dagelijks verlangend naar de lucht en hoop ik dat “onze” zwaluwen weer sierlijk door de lucht vliegen. Vaak hoor ik ze voordat ik ze gezien heb. Wat een heerlijk geluid, voor mij een teken dat het voorjaar echt begonnen is. Een heerlijk gevoel als onze zwaluwen weer veilig terug zijn in de schuur. En wie weet, misschien, heel misschien dat er een tweede nest bij komt. Wat zou dat gaaf zijn zeg.

Fotogroet Jan

Geef een reactie

4 reacties

  1. Mooi verhaal! Wij leven ook altijd zo mee met de boerenzwaluwen die elk jaar nestelen in onze open kapschuur (Bovensmilde). Gisteren waren de jonkies druk aan het oefenen in de schuur met vliegen. Triest genoeg vonden we vanmorgen een boerenzwaluw -en volgens ons een ouder- dood onder het nest. Helemaal compleet en gaaf met uitgestrekte vleugels, dus geen kat of ander roofdier bij betrokkene lijkt het. We hopen zo dat de vogeltjes het verder gaan overleven! De dood van de boerenzwaluw lijkt dus op een natuurlijke dood, of zou het nog iets anders kunnen zijn? Te warm is het momenteel zeker niet.

Reageer op dit artikel

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site wordt beschermd door reCAPTCHA en het Google privacybeleid en servicevoorwaarden zijn van toepassing.

4 reacties

  1. Mooi verhaal! Wij leven ook altijd zo mee met de boerenzwaluwen die elk jaar nestelen in onze open kapschuur (Bovensmilde). Gisteren waren de jonkies druk aan het oefenen in de schuur met vliegen. Triest genoeg vonden we vanmorgen een boerenzwaluw -en volgens ons een ouder- dood onder het nest. Helemaal compleet en gaaf met uitgestrekte vleugels, dus geen kat of ander roofdier bij betrokkene lijkt het. We hopen zo dat de vogeltjes het verder gaan overleven! De dood van de boerenzwaluw lijkt dus op een natuurlijke dood, of zou het nog iets anders kunnen zijn? Te warm is het momenteel zeker niet.

Reageer op dit artikel

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site wordt beschermd door reCAPTCHA en het Google privacybeleid en servicevoorwaarden zijn van toepassing.

Jan Dolfing

Jan Dolfing

Als dierenarts en gepassioneerd natuurfotograaf is Jan nauw verbonden met dieren en natuur. Een passie die hij graag laat zien.

Meer columns van deze auteur

Deze artikelen vind je vast ook interessant: