Mijn begin
Dit is mijn eerste column. Ondanks dat ik al een aantal fotografie-reisjes achter de rug heb waar ik dankbaar voor ben, en genoeg columnwaardige ervaringen en momenten tijdens die tripjes heb beleefd, kan ik niet anders beginnen dan bij ‘mijn’ begin. Een steeds terugkerende reis naar dezelfde plek, met ervaringen en uitdagingen die mij als fotograaf hebben gevormd. Een waterplas, die ik tijdens een van mijn eerste weken als fotograaf was tegengekomen. Zes minuten fietsen, naast de snelweg, omringd door gras en een klein bosje. Toen ik voor het eerst mijn fiets in het gras naast de plas zette, viel me meteen op dat je die snelweg niet zo goed hoort. ‘WRUAAAAAAAA’. Nou ja, als die auto’s dan niet hoorbaar zijn heb je gelukkig altijd de blauwe reigers nog. Soort één van deze locatie.
Maar een meerkoet
Het meertje heeft zijn charmes, maar voor de echt fanatieke fotograaf is het op het eerste gezicht niet veel soeps: wat reigers dus, ganzen, kokmeeuwen, wilde eenden. Heel af en toe een ijsvogeltje, die ik nog steeds niet goed op de foto heb weten te zetten. Al die algemene, aan de mens aangepaste soorten, worden door de vogelfotograaf ook snel overgeslagen. Dit was misschien wel mijn grootste fout.
De eerste paar rondjes plas heb ik zo veel gave fotomomenten overgeslagen omdat mijn model ‘maar een meerkoet’ was. Maar de foto’s die ik wel maakte, van de sporadisch voorbijvliegende groene specht bijvoorbeeld, zagen er niet fantastisch uit. Misschien moet ik maar gewon meer oefenen. Rond rondje zes probeerde ik het dus anders. Elke vogel werd een potentieel ‘slachtoffer’, en mijn camera draaide overuren. De saaie watervogels veranderden in meewerkende modellen voor nieuwe fotografietechnieken, en mijn tevredenheid na het bekijken van mijn foto’s werd groter en groter.
De lokale clown
Mijn standaard positie tijdens het fotograferen is standje ‘plat op de buik’. Ik leerde al snel dat je zo, met foto’s op ooghoogte, een intiemer moment krijgt dan als je ‘op een vogel neer’ fotografeert. Dus tijdens een recent bezoekje lag ik maar weer eens. Mijzelf en mijn lens zo gepositioneerd dat ik net alle ganzenpoepjes omzeilde. Mijn modellen? Twee meerkoeten. Het moet een behoorlijk ludiek gezicht zijn geweest; iemand plat op zijn buik in het natte gras met een dure camera gericht op zo’n gebruikelijke soort.
Natuurlijk kwam het lokale hardloopclubje net op dat moment langs, en een aantal van hen schoot (begrijpelijk) in de lach. Ik moet dan ook wel om mezelf lachen. “Wat ben ik eigenlijk aan het doen…”. En dan kom je thuis, kijk je naar je buit, en ben je na het bewerken van wat foto’s toch wel weer blij dat je bent gegaan. Al mag het de volgende keer ook wel iets nieuws zijn hoor; ik heb inmiddels geoefend!
Oefenen voor het onverwachte
Een uur voor zonsondergang liep ik weer eens door het gras bij de plas. De boerenzwaluwen kwetterden in de lucht, en ik stelde mijn camera in om vliegfoto’s te maken. Ik had er net wat brandgansportretjes opzitten, dus ik lag nog half in het gras toen ik plots iets heel kleins tussen de ganzen zag scharrelen. Gele oogring, niet te missen. Een kleine plevier! De eerste keer dat ik er eentje zo dichtbij voor mijn lens had!
Een jaar geleden was ik waarschijnlijk zo overrompeld geweest dat ik niet meer wist waar ik überhaupt moest beginnen, maar ik wist wat me te doen stond. Binnen een paar tellen had ik mijn instellingen weer terug naar standje ‘vogel op de grond’. De door mij zo gewilde wazige voorgrond was al aanwezig; nu nog het pleviertje. Beet. Zonder te oefenen op de vele kwikstaarten was ik waarschijnlijk niet zo rustig gebleven. Zeker niet met die teckel die mij van achteren naderde, en de plevier niet snel na mijn eerste paar foto’s deed opvliegen….
Wat een honden weer
Nee, dat meertje heeft niet alles. Genoeg fotokansen, maar ook genoeg situaties die die fotokansen doen verdwijnen. Als fotograaf staan het welzijn van de dieren en respect voor de natuur altijd op de eerste plek. Dan is het frustrerend als je een half uur het vertrouwen van grazende brandganzen hebt geprobeerd te winnen, en er vanuit het niets een herdershond in volle vaart op de dieren afstoomt. Het baasje lachte, en sjokte erachteraan. Of laatst, toen een aantal tieners op fietsen de ganzenkolonie inreed. Mijn pogingen om de verantwoordelijke mensen constructief aan te spreken leveren eigenlijk nooit wat op. Teleurstellend, want het gebeurt steeds vaker, maar het zet mij wel aan het denken over mijn eigen gedrag. In mijn hoofd is het duidelijk dat ‘honden op vogels afsturen’ echt niet kan.
Maar goed, het zou kunnen dat ik, ondanks mijn beste intenties, toch de vogels aan het verstoren ben. Ik hoop het niet. Maar deze momenten hebben er wel voor gezorgd dat ik meer afstand houd, en wacht tot de vogels op mij af komen. Als ze dat niet doen, geen probleem. Dan probeer ik wel een foto met wat omgeving erbij, of met een grotere nuance op ruimte. En als ik wel een portret kan maken is het alleen maar specialer, toch?
De koningin
Okay. Misschien heb ik een beetje gelogen. Nou ja, op het moment dat ik mijn eerste paar alinea’s schreef deed ik dat niet, maar achteraf wel een beetje. Het is nu half oktober, en de deadline van deze column nadert snel. Ik had ‘m eigenlijk al af, maar ja, de rondjes rond de plas gingen door. En toen gebeurde het. Ik had er net een rondje plas opzitten en liep nog even naar mijn lokale park.
Op een oevertje genoot ik minutenlang van een zingend roodborstje, tot ik vlak naast mij het schelle gepiep hoorde waar mijn oren zo op geconditioneerd zijn geraakt door al die wandelingen rond de plas. Met de langzaamste beweging die ik had draaide ik mij een kwartslag naar links en pakte ik mijn lens. Daar zat ze, twee meter naast mij. De koningin, en de droom vanaf het eerste rondje plas. Ze had mij ongetwijfeld gezien, maar ze leek niet onder de indruk. Ze poetste zich rustig en vloog even weg en weer terug. Zelfs toen ik mij langzaam terugtrok nadat ik mijn foto had gemaakt, bleef ze zitten. Dit zijn de momenten waarvoor je het doet. Zonder al mijn ervaringen bij de plas waren dit moment en deze foto niet tot stand gekomen.
Tot de volgende keer
Ik wilde mijn eerste column afsluiten met een soort romantisch verhaaltje; een charme van het telkens terugkeren en uiteindelijk de foto maken waar je van droomt en dat dat dan de reden is dat ik de plas vast snel weer zou gaan opzoeken. Maar ja, nu heb ik die ‘droomfoto’. Wordt dit dan het einde van mijn bezoekjes aan de plas? Nee. Nee zeker niet. Het vogelen en fotograferen op die plek leert mij veel en geeft plezier; zelfs met alle uitdagingen van dien. Door een kruisbek van laatst zit ik nu op 96 soorten bij de plas. En wat foto’s betreft.. die groene specht.. Misschien.. Ja! Dat wordt mijn volgende doel! En als dat nog even niet lukt is dat helemaal okay. Dan ‘schiet’ ik weer een meerkoetje.
Ik hoop dat jullie het herkennen. Een plek om de hoek, waar je fantastische momenten hebt kunnen vastleggen, lessen hebt geleerd en hebt kunnen oefenen met het omgaan met tegenslagen. Een plek die bewijst dat je niet hoeft te reizen voor het maken van foto’s waar je blij mee bent. Een plek waar lang niet elk tripje succesvol is, maar waarvan je op de weg terug altijd denkt; “tot de volgende keer”.
22 reacties
Leuke, inspirerende column met fantastische foto’s! Ik ga ook eens op zoek naar een meertje in de buurt!
Bedankt voor je leuke reactie Trees, en al helemaal tof dat je op zoek gaat naar een leuk plekje! Een meertje, een parkje, een natuurlijk weiland.. allemaal geschikte plekken voor leuke vogels!
Geweldig mooi gefotografeerd en heel leuk geschreven!
Super goed bezig
Heel erg bedankt voor je mooie complimenten Cécile! 🙂
Heel herkenbaar allemaal! Vooral dat moment van: “Wat ben ik eigenlijk aan het doen…” gebeurt regelmatig.
Bedankt! Leuk geschreven!
Ontzettend bedankt voor je reactie Johannes! Ik heb nu bijna dagelijks zo’n moment.. Misschien hoort het wel gewoon bij het vak! 🙂