Boomkikker
Braamstruiken zijn favoriet bij boomkikkers. Als de zon schijnt klimmen ze omhoog en zoeken ze vaak een plekje boven op een groen blad. Ze spotten tussen al dat groen is niet eenvoudig. Oefening baart kunst en als ik er weer eentje ontdek is het nog maar de vraag of hij zo zit dat een foto maken de moeite waard is. De kikker op de foto, op het moment dat ik hem zie met de rug naar me toe. Daar maak ik geen foto van. Ik beoordeel de situatie en zie een mogelijkheid om hem, zonder hem te verstoren, van opzij te fotograferen. Dat moet dan wel tussen de bladeren door en ik zoek naar een gaatje. Dat is er gelukkig en de bladeren in de voorgrond vormen een diffuus groen kader. Ik stel scherp op het oog en druk af.
Viervlek
Vaak zitten libellen laag in de begroeiing. Zo ook onlangs als ik een viervlek ontdek die steeds weer hetzelfde takje opzoekt na een korte vlucht. Dat is wel zo handig want dat geeft me veel kansen om hem op die plek te fotograferen. Ik kies voor 200mm omdat ik zo voldoende afstand kan bewaren en ook de gele bloemen in beeld heb die in de voorgrond staan. De libel zit laag bij de grond en daar houd ik de camera ook. Zorgvuldig kies ik de compositie zo, dat de libel wel zichtbaar is maar deels schuilgaat achter de gele bloemen. Met een diafragma van f5 worden die bloemen vaag en kijk ik er doorheen.

Zandoogje
Vanaf het pad zie ik enkele zandoogjes boven het hoge gras vliegen. De zon is nog maar net op en dat zorgt voor mooi goudgeel tegenlicht. Ik speur tussen het gras door naar vlinders die zitten. Al snel zie ik er een en ga ik door de knieën om op ooghoogte te komen. Het waait niet en ik gok erop dat het zandoogje even blijft zitten. Ik plaats de camera met 200-600mm telelens (op 600mm) op mijn statief en verschuif dit net zolang tot de vlinder tussen alle grashalmen in de voorgrond helemaal zichtbaar wordt. Met hulp van scherpstelvergroting stel ik handmatig scherp en druk ik af met de timer op 5 seconden. Gelukkig blijft de vlinder al die tijd zitten.

Grasmus
Ik heb de grasmus nog niet gezien maar wel al gehoord. Zijn typerende krassende zang verraadt waar hij ongeveer moet zitten. Er staat maar een struik op die ‘ongeveer-plek’ en ik kijk naar de top. Jawel hoor, daar zit meneer. Ik sta nog op een dertigtal meters afstand en besluit dichterbij te sluipen waarbij ik me verschuil achter een struik in de voorgrond. Ik loop die schuil-struik bewust niet voorbij maar gebruik de rand ervan om door de bladeren heen te fotograferen. De bloeiende takken waar de vogel op zit worden zo deels met een groene waas ‘overschaduwd’. Uit de hand maak ik meerdere foto’s waarbij ik pas afdruk als hij zijn lied ten gehore brengt.

Konikpaard
Voor konikpaarden hoef ik niet ver te reizen. Op de fiets ben ik in no time in de uiterwaard van de Maas waar een groep te vinden is. Vandaag zijn ze wat onrustig. Met name de volwassen dieren rennen heen en weer. En wat voor vogels in vlucht geldt, dat kan ik ook bij rennende konikpaarden: pannen. Ik richt de camera op een rennend paard en blijf het dier volgen terwijl ik de ontspanknop ingedrukt houd. Op ‘continu-AF’ en Hi-speed opnamen’ maak ik zo een heleboel foto’s. Thuis, achter de PC, blijken de resultaten waarbij het dier achter de struik rent het meest verrassend.

Begroeiing in je voordeel
Gebruik maken van de begroeiing in de voorgrond kan zorgen voor een natuurlijk kader, voor sfeer. Heb dus niet alleen oog voor je onderwerp maar ook voor de omgeving en in dit geval specifiek de voorgrond. Fotografeer er niet omheen maar maak er gebruik van.




Eén reactie
Wat mooi, dat Konikpaard. Dit is een heel verrassend beeld.