
Eindelijk lijkt het dan volop winter te worden, met eerst sneeuw en dan volgende week veel vorst. De ijzers kunnen uit het vet, de camera uit de tas. Na een dag rondstruinen door winterwonderland is het aantrekkelijk bij thuiskomst meteen het geheugenkaartje uit de camera te halen en je trofeeën te bewonderen. Toch is dat geen goed idee. Thuis is het lekker warm, maar je camera is nog ijzig koud. Binnen een oogwenk beslaat je camera, en mogelijk niet alleen van buiten. Laat een camera daarom zo langzaam mogelijk op temperatuur komen door ‘m bijvoorbeeld in de schuur te leggen. Doe dit met een gesloten tas, want dat vormt een mooie buffer voor de opwarming. Haal ‘m pas na minimaal een uur naar een warmere plek. Kun je enthousiasme toch niet bedwingen, bedenk dan dat condens aan de binnenzijde ook op de sensor kan belanden. En zet je de camera aan, dan kan er kortsluiting ontstaan. De gevolgen spreken voor zich…
Is de camera eenmaal op temperatuur, laat ‘m dan goed opdrogen. Zet de rugzak open en haal je apparatuur eruit. Geniet pas dan van je foto’s!
2 reacties
een hele goede tip nog niet aan gedacht