Menu

Onderdeel van Pixfactory

Hoe fotografeer je libellen en juffers?

Met hun felle kleuren, grotere formaat en luchtacrobatiek vormen libellen en juffers een prachtig onderwerp voor macrofotografie. Ze komen op veel verschillende plekken in ons land voor, zelfs bij kleine tuinvijvers, en je kunt ze een groot deel van het jaar aantreffen. Bovendien is hun levenscyclus interessant omdat ze een gedaantewisseling ondergaan. Dat levert sleutelmomenten op die mooi zijn om vast te leggen.
libellen en juffers
’s Ochtends vroeg is het voor de libellen vaak nog te koud om te vliegen. Je hebt kans dat je ze dan goed kunt fotograferen, zeker als het ook nog wat nevelig is. Fotograaf: Johan van Gurp

Ontwikkeling

Libellen en juffers maken een onvolledige gedaanteverwisseling door. Een groot deel van hun leven zitten ze als larve onder water. Daar zijn het roofdieren, die zich voeden met andere waterinsecten of zelfs kleine visjes. Na een aantal vervellingen, over een periode van een paar maanden tot enkele jaren – dat verschilt per soort – kruipt de larve uit het water. Vaak kiezen ze hiervoor vegetatie in of rond het water. Ze vervellen nog een keer, en nu komt de volwassen libel uit de larvenhuid gekropen. Tijdens dit uitsluipproces is de libel erg kwetsbaar; ze kan namelijk niet meteen vliegen. Het duurt enige tijd voor de vleugels en het lijf zijn uitgehard, en dan vliegt de libel weg. Ook als volwassen dieren zijn libellen grote jagers, die al vliegend kleine en grote insecten vangen. Uiteindelijk leggen ze eitjes in het water en is de cirkel weer rond.

libellen en juffers
Grote keizerlibel kort na het uitsluipen. De witte draden bij het borststuk zijn de tracheeën, het ademhalingsorgaan van de larve. Fotograaf: Louis Foulon

Eitjes leggen

Libellen leggen hun eitjes los in het water of in een stengel van een waterplant. De eitjes zelf zijn niet goed te fotograferen, maar het afzetten van de eitjes is wel een mooi moment. Er zijn verschillende manieren waarop het afzetten gebeurt: door het vrouwtje alleen, of samen met het mannetje in een tandem. Bij heidelibellen houdt het mannetje het vrouwtje vast in een vlucht vlak over het water. Het vrouwtje slaat met haar achterlijf op het water en zet zo de eitjes af in het water.

libellen en juffers
Azuurwaterjuffer tandem landt even op de vleugel van een eiafzettend vrouwtje grote keizerlibel. Fotograaf: Arjan Troost

Vrouwtjes glazenmaker gaan alleen op een waterplant zitten en kruipen langzaam maar zeker naar beneden, terwijl ze steeds een paar eitjes in de stengel van de plant boren. Juffers hebben een vergelijkbare manier, al wordt bij de meeste juffers het vrouwtje nog door het mannetje vastgehouden. Om telkens een nieuw stukje stengel te bereiken, kruipen ze steeds verder naar beneden, in sommige gevallen zover dat ze beide helemaal onder water verdwijnen. De mannetjes blijven het vrouwtje vaak gedurende een behoorlijke tijd vasthouden. Bij de daadwerkelijke paring hangen ze in het kenmerkende hartje op een rustige plek.

libellen en juffers
Azuurwaterjuffers zetten hun eitjes vaak af in grote groepen, wat mooie acrobatische taferelen op kan leveren. Dikwijls gebeurt dit op het heetst van de dag. Fotograaf: Arjan Troost

Al deze gedragingen zijn goed te fotograferen omdat de libellen wat langer op dezelfde plek blijven. Het loont om een zo laag mogelijk standpunt in te nemen, vlak boven het water. Zo geef je kijkers het gevoel dat ze zich echt in de wereld van de libel begeven. Dit lage standpunt bereik je het best met behulp van een hoekzoeker. Dan hoef je zelf niet in het water te gaan liggen, terwijl je je camera toch vlak boven het oppervlak kunt houden. Het is aan te raden om handmatig scherp te stellen, aangezien de camera daar vaak moeite mee heeft, zeker bij de dunne juffers.

Libellen en juffers
Om een laag standpunt te krijgen is het vaak handig om in het water te gaan staan. Let er wel op dat je camera droog blijft! Fotograaf: Peter Wijn

Uitsluipen

Een groot deel van hun leven brengen libellen onder water door, en ze zijn voor het eerst goed te fotograferen tijdens het uitsluipen. Het is een geweldig gezicht om te zien hoe de dieren uit het water kruipen, uit hun larvenhuid barsten, opdrogen en tenslotte voor het eerst wegvliegen. Tijdens het hele proces hangen de libellen voornamelijk stil, en daarom is het een uitgelezen moment om ze te fotograferen.
Veel libellen en juffers gebruiken om uit te sluipen stengels of bladeren die uit het water steken. Bij andere soorten kruipt de larve een stukje het land op, om daar op een tak uit te sluipen. Bij een enkele soort, zoals de rivierrombout, vindt het uitsluipen plaats op de grond.

libellen en juffers
Een pas uitgeslopen smaragdlibel zit naast zijn lege larvenhuidje en is bezig z’n lichaam op te pompen. Fotograaf: Johan van Gurp

De grootste kans om uitsluipende libellen te vinden heb je als het weer beter wordt nadat het een tijdje slechter geweest is. Omdat opdrogen een stuk sneller gaat als het warm is, zullen veel larven gewacht hebben op het mooie weer, om dan met z’n allen uit te sluipen. Veel libellen beginnen ’s ochtends, maar uitsluipende libellen kunnen de hele dag door waargenomen worden.
Omdat de libel tijdens dit proces nauwelijks beweegt, leent het zich prima voor een hele serie foto’s. Er is tijd genoeg om eerst rustig te kijken wat de mooiste compositie is en een statief op te zetten. Het complete proces, van het openbreken van de larvenhuid tot het wegvliegen van de volwassen libel, kan bij warm weer in een half uurtje gebeurd zijn. Bij kouder weer duurt het soms meer dan een uur. Zodra de libel uitgeslopen en uitgehard is, zal hij naar een veiligere plek vliegen, waar hij vaak nog een tijdje rustig blijft hangen. Het lege larvenhuidje blijft achter, als stille getuige van de tijd in het water.

libellen en juffers
Uitsluipende juffers zijn moeilijk te vinden, de huidjes vallen nauwelijks op tussen het gras, zoals bij deze azuurwaterjuffer. Fotograaf: Arjen Drost

Volwassen libellen

Libellenfotografen houden zich voornamelijk bezig met volwassen libellen. Die zijn het meest zichtbaar en vallen bovendien door hun vaak felle kleuren op. Het valt echter niet mee een libel te vinden die goed wil meewerken. Bij de juffers gaat het nog wel, maar de grotere echte libellen kunnen erg vliegerig zijn. Vooral bij warm en zonnig weer zitten ze nauwelijks stil. Je hebt meer kans ze in beeld te krijgen als het weer niet zo warm is. ’s Ochtends vroeg zijn libellen nog niet opgewarmd en zitten ze nog lekker stil. Het loont om het weerbericht goed in de gaten te houden, want als het ’s ochtends mistig is, is de libel mooi bedauwd, wat de foto’s weer wat extra’s geeft. Voor dit soort foto’s is het vaak handig om de avond van te voren al te gaan kijken waar libellen rondvliegen en, bij voorkeur, ook waar ze gaan slapen. Het kan ’s ochtends namelijk erg lastig zijn om de stil zittende libellen te vinden. Dit scheelt ’s morgens kostbare tijd, die beter besteed kan worden aan de fotografie.

libellen en juffers
Een ander voordeel van vroeg libellen fotograferen is dat het licht nog erg zacht is. Hierdoor is het ook goed mogelijk om met tegenlicht te werken, zonder dat dit problemen met de belichting oplevert. Fotograaf: Filip van Boven

Ook overdag kunnen er prima libellen op de foto gezet worden, als je maar weet waar je op moet letten. Libellen als de heidelibellen en de korenbouten (bijv. viervlek en platbuik) jagen bij voorkeur vanaf een vaste uitkijkplek. Heeft hij eenmaal een geschikte uitkijkpost gevonden, zoals een uitstekend takje of heidepolletje, dan zal de libel daar steeds terugkeren zodra hij wat gevangen heeft. Zo’n uitkijkpost is een prima plek om te gaan posten. Steeds als de libel even opgevlogen is, ga je iets dichterbij staan. Met een beetje geduld kun je op deze manier vlak in de buurt van de libel komen en mooie portretten maken.

libellen en juffers
De zwarte heidelibel is een van de soorten die vaak terugkeert naar dezelfde uitkijkpost. Deze libel had een mooi blaadje gevonden met een, voor de fotograaf, rustige achtergrond. Fotograaf: Arjen Drost

Je kunt natuurlijk ook de natuur een handje helpen door zelf ergens een mooi stokje neer te zetten. Op die manier kun je ook de achtergrond van te voren bepalen. Jagende glazenmakers en keizerlibellen zijn een stuk minder gemakkelijk te fotograferen. Zij jagen vliegend met een zeer onregelmatige vlucht. Door hun onvoorspelbare gedrag zijn ze vrijwel niet te volgen met de camera. Ze spelen het bovendien klaar om de kleinere prooien in de lucht op te eten, maar met de wat grotere prooien lukt ze dat niet. Om die te verorberen moeten ze even ergens gaan zitten. Dan heb je een goede gelegenheid om ze te fotograferen, aangezien ze vaak zo druk bezig zijn met het oppeuzelen van hun maal dat ze minder op hun omgeving letten.

Juffers zijn vaak niet zo schuw en houden zich dikwijls op tussen het gras. Ze vliegen over het algemeen veel minder grote afstanden, waardoor ze beter te fotograferen zijn. Bij het benaderen van juffers tussen het gras moet je zeer voorzichtig te werk gaan. De juffers zijn gevoelig voor kleine trillingen, dus is het zaak de eventuele sprietjes die in de weg zitten heel voorzichtig weg te halen.

Libellen en juffers
Azuurwaterjuffer speelt kiekeboe met de fotograaf. Fotograaf: Marcel van Kammen

Alle soorten libellen zijn beter te benaderen als je eerst op de juiste hoogte komt en vervolgens langzaam in hun richting gaat. Dit kan het beste door meteen al de camera naar je oog te brengen en dan heel rustig in een rechte lijn naar de libel te bewegen terwijl je ‘m door de zoeker in beeld houdt. Door hun facetoog kunnen ze beweging heel goed waarnemen, maar iets wat langzaam recht op ze af komt valt een stuk minder op. In alle gevallen moet je er rekening mee houden dat het heel wat geduld kan vragen voor je er in slaagt echt dicht bij een libel te komen.

Wil je verder lezen over macrofotografie?
Hier zetten we alles over macrofotografie voor je op een rij.

6 reacties

  1. Ik heb onlangs gemerkt, dat als je heel stil staat bij een plek waar een libel vaak gaat zitten, je voor die libel tot ‘het decor’ gaat horen. Op die manier kon ik van een afstand van enkele decimeters van de zitplaats – die op ooghoogte was – van de (bruinrode heide-) libel, door de camera er elke keer als hij er zat langzaam naar toe te bewegen, midden op een zonnige dag steeds enkele foto’s maken.

  2. Waarom adviseer je om het water in te gaan. In natuurgebieden mag je alleen op de paden blijven. Veel “natuurfotografen” trappen alles plat wanneer ze dit niet doen. Wat zal er gebeuren wanneer we allemaal in het water gaan staan. Ik snap niet dat dit advies wordt gegeven wat druist tegen de regels die er niet voor niets zijn.

    1. Het is uiteraard niet de bedoeling om de regels te overtreden en om in kwetsbare natuurgebieden buiten de paden te gaan. Gelukkig komen veel libellen op veel plekken voor, ook buiten natuurgebieden (bijv. parkvijvers, sloten, meren,…) waar het geen enkel probleem is om het water in te gaan.

      Groeten, Arjen

Reageer op dit artikel

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site wordt beschermd door reCAPTCHA en het Google privacybeleid en servicevoorwaarden zijn van toepassing.

Geef een reactie

6 reacties

  1. Ik heb onlangs gemerkt, dat als je heel stil staat bij een plek waar een libel vaak gaat zitten, je voor die libel tot ‘het decor’ gaat horen. Op die manier kon ik van een afstand van enkele decimeters van de zitplaats – die op ooghoogte was – van de (bruinrode heide-) libel, door de camera er elke keer als hij er zat langzaam naar toe te bewegen, midden op een zonnige dag steeds enkele foto’s maken.

  2. Waarom adviseer je om het water in te gaan. In natuurgebieden mag je alleen op de paden blijven. Veel “natuurfotografen” trappen alles plat wanneer ze dit niet doen. Wat zal er gebeuren wanneer we allemaal in het water gaan staan. Ik snap niet dat dit advies wordt gegeven wat druist tegen de regels die er niet voor niets zijn.

    1. Het is uiteraard niet de bedoeling om de regels te overtreden en om in kwetsbare natuurgebieden buiten de paden te gaan. Gelukkig komen veel libellen op veel plekken voor, ook buiten natuurgebieden (bijv. parkvijvers, sloten, meren,…) waar het geen enkel probleem is om het water in te gaan.

      Groeten, Arjen

Reageer op dit artikel

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site wordt beschermd door reCAPTCHA en het Google privacybeleid en servicevoorwaarden zijn van toepassing.

Deze artikelen vind je vast ook interessant: