Menu

Onderdeel van Pixfactory

Hoe fotografeer je uitsluipende libellen?

Wist je dat de vuurjuffer al half april uitsluipt? De larve van deze soort kruipt in het vroege voorjaar als eerste in Nederland uit het water. Eenmaal een geschikte plek gevonden, vervelt de larve voor de laatste keer en komt (of sluipt) een volwassen juffer tevoorschijn. Het hele proces duurt voor de meeste soorten langer dan een uur. Tijd genoeg dus om dit fascinerende proces te fotograferen. Hoe ik dat doe vertel ik je in deze tutorial.
uitgeslopen libel
Een zojuist uitgeslopen libel, bijna klaar om de wijde wereld in te vliegen. Fotograaf: Erik Nevels

Kennis over uitsluipende libellen

Zoals zo vaak met dierfotografie komt kennis over het dier goed van pas. Zo weet ik dat het uitsluipseizoen in Nederland ongeveer half april start met de vuurjuffer en dat het doorloopt tot en met september voor soorten die in Nederland voorkomen. Iedere soort heeft z’n eigen periode met vaak daarbinnen enkele piekweken of -maanden waarin de meeste larven tevoorschijn komen. Voor de variabele waterjuffer zijn dat de maanden mei en juni.

De uitsluip-piek van de variabele waterjuffer is in mei en juni.
De uitsluip-piek van de variabele waterjuffer is in mei en juni. Fotograaf: Erik Nevels

Aan de waterkant

Voor het fotograferen van uitsluipende libellen zoek ik stilstaand water op zoals een ven of poel met stengels van bijvoorbeeld riet aan de kanten. Die stengels bieden de larven de kans om uit het water te kruipen en aan mij ze vanaf de oever te fotograferen.

Het weer en tijdstip van de dag

Een volgende voorwaarde is het weer. Een periode van warm en zonnig weer biedt de meeste kans op succes. Best wel logisch want voor het uitsluipen en opdrogen van de libel zijn die omstandigheden ideaal. Bij koud en regenachtig weer wachten de larven gewoon onder water nog even af.

Dan is er nog het beste tijdstip van de dag. De ervaring heeft me geleerd dat veel larven al in de vroege ochtend hun plekje opzoeken. Ik zorg er daarom voor dat ik er op tijd bij ben. Toch vond ik – een paar jaar geleden inmiddels – mijn eerste uitsluipende libel vrij laat in de middag. Kortom: je hebt de hele dag door de kans ze te vinden.

De zon die de vleugels verwarmt, versnelt het uitsluipen.
De zon die de vleugels verwarmt, versnelt het uitsluipen. Fotograaf: Erik Nevels

Op zoek naar uitsluipende libellen

Bij het zoeken naar uitsluipende libellen neem ik de tijd. Als ik snel langs de oever loop is de kans groot dat ik er aan voorbijloop. Geduld en zorgvuldig turen is dus het devies. De ene keer spot ik een larve, de andere keer een libel die al bezig is uit te sluipen. Zeker als de vleugels zich al ontvouwen en de zon daarop schijnt vergroot dat de kans op ontdekking. Regelmatig vind ik alleen nog de huid van de larve.  De libel is dan weliswaar gevlogen maar het toont aan dat ik op de juiste plek aan het zoeken ben.

Als de vleugels zich al ontvouwen en de zon daarop schijnt vergroot dat de kans op ontdekking.
Als de vleugels zich al ontvouwen en de zon daarop schijnt vergroot dat de kans op ontdekking Fotograaf: Erik Nevels

Telelens

Eenmaal een larve ontdekt, maak ik de keuze voor de lens. Kan ik zonder de boel te verstoren dichtbij komen dan kan ik voor de macrolens gaan. Toch kies ik regelmatig (eerst) de telelens. Soms is dat de enige optie omdat ik gewoonweg niet dichtbij kan komen. Maar ook al kan ik dat wel, dan heeft de telelens zo z’n voordelen. Door de veel grotere afstand tot het onderwerp – bij 600mm zelfs bijna 2.50 meter – is de kans veel groter dat ik vanaf statief kan werken. Dat laatste heeft mijn voorkeur.

In alle rust de compositie bepalen en nauwkeurig scherpstellen lukt mij namelijk zo beter dan bij het fotograferen uit de hand. Bovendien kan ik, mits het niet of weinig waait, de ISO laag houden en mag de sluitertijd gerust wat langer zijn. Ik kies meestal een (bijna) geheel open diafragma omdat dit enerzijds toch net voldoende scherptediepte geeft en anderzijds een vage achtergrond (mits die niet te dichtbij is natuurlijk). Niet in de laatste plaats is de beeldhoek bij de telelens kleiner, wat zorgt voor een beperktere en daardoor vaak rustigere achtergrond. Voor de zekerheid maak ik meerdere opnames. De draadontspanner is ook handig. Afdrukken als de stengel waarop de larve zit even niet beweegt, kan ik zo prima timen.

Natuurlijk lukt het me niet om met de telelens de libel beeldvullend te fotograferen maar dat vind ik niet erg. Een stukje omgeving mee fotograferen kan het beeld juist sterker maken. En met de vele megapixels van de camera behoort croppen ook nog tot de mogelijkheden.

Met de vele megapixels van de camera behoort croppen ook nog tot de mogelijkheden. (EXIF: 600mm; 1/200s bij F7.1; ISO200. Camera op statief.)
Met de vele megapixels van de camera behoort croppen ook nog tot de mogelijkheden. (EXIF: 600mm; 1/200s bij F7.1; ISO200. Camera op statief.) Fotograaf: Erik Nevels

Macrolens

Is het wel mogelijk de uitsluiper van dichtbij te fotograferen, dan ga ik ook voor de details met de macrolens. Meestal kan ik het statief dan moeilijk kwijt zonder de libel te verstoren en fotografeer ik hem of haar daarom uit de hand. Een vaste hand, een sluitertijd van minimaal 1/50sec (liever nog kies ik 1/100sec of nog korter) en de beeldstabilisatie ‘aan’, worden nu van belang. De keuze voor het diafragma wisselt en hangt af van de scherptediepte die ik wil. Hoe groter de diafragmaopening en hoe dichterbij ik fotografeer hoe kleiner die is.

Wil ik de hele libel scherp op de foto dan zorg ik er om te beginnen voor dat het onderwerp en de voorkant van m’n lens parallel zijn ten opzichte van elkaar. Vervolgens draai ik het diafragma enkele stops dicht en controleer de gemaakte foto op scherpte. Is die nog niet voldoende dan kan het diafragma verder dicht en/of neem ik wat meer afstand tot het onderwerp. Ondertussen houd ik ook de achtergrond in de gaten want die wil ik liever niet (te) scherp in beeld. Kortom: ik ga met mijn standpunt en diafragmakeuze op zoek naar de balans. Sluitpost is de ISO-waarde.

Dezelfde libel als op de vorige foto maar nu gefotografeerd uit de hand met de macrolens. De instellingen 1/160s bij F10 en ISO100 geven hier een goede balans: voldoende scherpte, toch een vage achtergrond en de minste ruis. Door de grotere beeldhoek wordt de lucht hier wel een stukje zichtbaar.
Dezelfde libel als op de vorige foto maar nu gefotografeerd uit de hand met de macrolens. De instellingen 1/160s bij F10 en ISO100 geven hier een goede balans: voldoende scherpte, toch een vage achtergrond en de minste ruis. Door de grotere beeldhoek wordt de lucht hier wel een stukje zichtbaar. Fotograaf: Erik Nevels

Stille getuige

Ik gaf het al eerder aan. Soms is de libel gevlogen en rest een stille getuige, het skelet van de larve. Maar ook die zijn de moeite waard om te fotograferen, zeker in het tegenlicht.
Ik gaf het al eerder aan. Soms is de libel gevlogen en rest een stille getuige, het exoskelet van de larve. Maar ook die zijn de moeite waard om te fotograferen, zeker in het tegenlicht. Fotograaf: Erik Nevels
Wil je verder lezen over macrofotografie?
Hier zetten we alles over macrofotografie voor je op een rij.

7 reacties

  1. Mooie en duidelijke uitleg en nu maar eens gaan kijken of ik dit in de praktijk kan brengen. Ik heb er in ieder geval zin in. Erik bedankt.

Reageer op dit artikel

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site wordt beschermd door reCAPTCHA en het Google privacybeleid en servicevoorwaarden zijn van toepassing.

Geef een reactie

7 reacties

  1. Mooie en duidelijke uitleg en nu maar eens gaan kijken of ik dit in de praktijk kan brengen. Ik heb er in ieder geval zin in. Erik bedankt.

Reageer op dit artikel

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site wordt beschermd door reCAPTCHA en het Google privacybeleid en servicevoorwaarden zijn van toepassing.

Deze artikelen vind je vast ook interessant: