Hoe gebruik je de “shooting through” methode?

Wat is dat dan?

Shooting through betekent “erdoorheen schieten”. En dat is ook letterlijk wat het is. Je fotografeert ergens doorheen, waardoor er een soort waas in de foto ontstaat. Als je die waas op de goede plek in je foto zet, zie je al die storende dingetjes niet meer en komt je onderwerp veel beter uit.

Hoe doe je het?

Stap 1

Allereerst moet je een redelijk groot diafragma (dus een laag getal) gebruiken. Als je een hoog getal gebruikt, heb je een grotere scherptediepte. Dan wordt de foto van voor tot achter scherper. Maar je wilt een waas creëren en dat doe je door te zorgen dat juist niet alles van voor tot achter scherp is.

Stap 2

Ten tweede heb je iets nodig om doorheen te schieten. Dat kan iets zijn dat al in de omgeving aanwezig is (bijvoorbeeld een bloem die voor jouw hoofdonderwerp staat), maar ook iets dat je zelf mee hebt genomen, zoals een boterhamzakje of een afgevallen boomblad.

Stap 3

Je moet zorgen dat dit blaadje/bloemetje/boterhamzakje tussen je onderwerp en je camera in zit. Bij macro werkt het meestal goed om dit heel dicht bij je lens te houden. Hoe dichterbij je lens, hoe subtieler en waziger het effect. Als je fotografeert met een telelens, heb je daar iets meer speling in.

Stap 4

Zorg ervoor dat de waas niet helemaal over je hoofdonderwerp zit. Over het algemeen wil je namelijk wel je onderwerp scherp op de foto.

Als je een plastic zakje of blaadje gebruikt, kun je dat makkelijk een stukje verschuiven. Zo krijg je de onscherpte precies waar je hem hebben wilt.

Gebruik je een plant of bloem die tussen jou en je onderwerp in staat, dan moet je misschien een klein stukje naar links of rechts lopen om hem precies op de juiste plek in beeld te krijgen.

De shooting through techniek werkt het beste met een macro- of telelens.

Dromerige sfeer

Je kunt deze techniek heel subtiel toepassen, maar je kunt ook helemaal los gaan. Door grotere stukken van je foto wazig te maken, kun je een dromerige sfeer creëren. Je kunt het neutraal houden door een doorzichtig boterhamzakje te gebruiken, maar je kunt ook kleuren toevoegen. In de herfst raap ik onderweg in het bos vaak al mooie gekleurde bladeren op, om later in een foto te gebruiken. Je kunt op deze manier heel eenvoudig een bepaalde sfeer meegeven aan je foto’s.

Oneindig

Je kunt het ook gebruiken om het te laten lijken alsof iets oneindig ver doorgaat. Dat werkt bijvoorbeeld goed bij een bloemenveld. Als je het wilt laten lijken of er eindeloos veel bloemen zijn, zorg dan dat je de hele foto vult met bloemen. Je hersens nemen dan aan dat het patroon dat ze zien (in dit geval dus de bloemen), doorgaat buiten het beeld.