Foto’s van bloemen zijn niks nieuws. Ze van onderen fotograferen ook niet persé, hoewel het met een normale camera niet zo handig is. Enkele jaren geleden verscheen een verrassend nieuw objectief, de LAOWA Periprobe. Al eerder maakte dit bedrijf de opvallende 24mm Macro Probe. De Preriprobe borduurt daarop voort, alleen nu met de mogelijkheid om onder een hoek te fotograferen. Je kunt je met dit objectief dus in onmogelijke hoeken dirigeren, waaronder dus onder planten. Niet zomaar onder planten, maar echt vanaf de bodem. Je komt op deze manier ook onder kleine planten.
Erik of het klein insectenboek
Theo Bosboom onderscheidt zich door zijn scherpe oog, vaak resulterend in kleine grafische uitsneden uit grootste landschappen. Ditmaal had Theo een scherp oog voor de potentie van dit objectief. Meer dan een jaar werkte hij stilletjes aan zijn project ‘Flowerscapes’. Dit titel is goed gekozen, want de Peribrobe heeft een brandpuntsafstand van 24mm, behoorlijk groothoek dus. Je krijgt veel in beeld en maakt dus geen close-up van een bloem, maar toont deze in zijn landschappelijke context. Je voelt je ineens een mier, of ‘Erik of het klein insectenboek’. Bloemen worden ineens een soort van woudreuzen.
Veel op de foto betekent ook een complexe balanceeract tussen voldoende rust of complete chaos. Je camera een centimeter verplaatsen kan in dergelijke situaties een enorm verschil opleveren. Overlappen bloemen, stengels of bladeren elkaar, of komen de essentiële elementen toch voldoende los? Hoe gevarieerder de vegetatie (denk maar eens aan een bosbodem met bosanemonen versus een bloemrijk grasland), hoe groter de uitdaging. Theo is er goed in geslaagd de rust te behouden.
Sandra Bartocha hielp Theo al eerder bij de vormgeving van zijn boeken, en ook ‘Flowerscapes’ komt van haar hand. De vormgeving is rustig en eenvoudig gehouden. Het is verleidelijk om series op te nemen. Dat is hier niet gedaan; iedere soort komt maar eenmaal terug, en dat steeds op uniforme wijze. Op de linker pagina staat de naam van de plant, op de rechterpagina vind je de foto. De foto’s volgen de momenten van bloei door het jaar heen. Je start met de bosanemonen en eindigt na vijftig soorten met de late guldenroede. Het leuke is dat er gekozen is voor louter Nederlandse, vaak hele gewone soorten. De foto’s zijn daarmee voor iedereen herkenbaar en kunnen zo voor nieuwe inspiratie in de eigen woonomgeving zorgen.
Kirsten Dorrestijn geeft bij sommige soorten een toelichting. Zelf vind ik het altijd prettig dat een fotoboek net wat meer is dan louter mooie plaatjes. Mooi is dan ook dat het boek afsluit met “Tips voor het helpen van bloemen en insecten”.
Reliëf
Het papier en de druk zijn goed. Het boek is met 28,8 x 20,5 centimeter lekker compact en schreeuwt op deze manier niet zo van de daken, maar vraagt om in de hand vastgenomen en met aandacht bekeken te worden. De verrassende cover – een geniale vondst van Sandra Bartocha – draagt daar zeker aan bij. Hier geen foto, zelfs totaal geen drukwerk, maar een ingedrukt reliëf. Door het boek in folie te verpakken en te voorzien van een los vel papier is ook de backcover van het boek geheel clean (geen verplicht streepjescode op deze manier).
Bosboompjes
Theo slaat met dit boek een nieuwe weg in en weet zo ongetwijfeld een nieuw publiek aan te spreken. Tegelijkertijd zitten er in dit boek ook ‘echte Bosboompjes’, daar waar maar enkele bloemen of krachtige lijnen op de foto staan, tegen een egaal witgekleurde lucht. Terug naar de essentie, naar de kracht van de eenvoud, naar de kunst van het kijken! Warm aanbevolen dus!
Lees ook het interview met Theo over dit project of lees alles over dit bijzondere project in Natuurfotografie Magazine nummer 4 van 2025.
Het boek
– 112 pagina’s, 50 foto’s
– Prijs € 42,50
– Klik hier om te bestellen
