Er zijn twee soorten bosviooltjes, die je even goed moet bekijken om ze uit elkaar te halen. Hun namen verraden het al. Het bleeksporig bosviooltje heeft een lichte spoor en de andere soort, het donkersporig viooltje heeft een blauwgekleurde spoor. De spoor is een langwerpig uitgroeisel onder aan de bloem, waar nectar in zit. Lekker voor de bijen en de hommels die de bloemen bezoeken.
Het meest algemeen is het bleeksporig bosviooltje, die je kunt vinden in lichte droge bossen, vaak aan de randen of langs het bospad. Het zeldzame donkersporig bosviooltje is een soort van vochtige, voedselrijke bossen, zoals bossen op keileem of langs een beek of kalkrijke bossen. Vooral in het oosten van het land kun je deze soort wel treffen.
Na de bloei vormt het viooltje vruchten die bij rijpheid in drie kleppen openspringen. Dan zie je de zaden keurig liggen in de opengeklapte vruchtkleppen. Zoals gezegd zijn de mieren dol op die zaden. Dat komt door het “mierenbroodje”, een zoet aanhangsel aan het zaadje. Door dit lokkertje komen de mieren de zaden ophalen en verspreiden. Een slimme truc van moeder natuur, die je ook wel bij andere soorten vindt.
4 reacties
Er zijn honderden kleine (bleeksporige) bosviooltjes in mijn tuin (ik spaar ze natuurlijk bij het wieden en ze woekeren lekker door). Maar ze hebben allemaal een veel paarsiger groen blad dan op de foto’s. Is dat dan weer een andere soort?
René Hoogenboom in Putten (Veluwe)
De bladkleur kan paars aanlopen door standplaatsfactoren bijv licht of voedingsstoffen. Geen andere soort dus. Groet, Ron
Dank je voor de info Ron. Ik ga eens kijken of ik ze kan vinden.
Succes! Ik reken op een mooie serie van je! ?