Na de voorjaarstrek (vanaf februari) verzamelen de grutto’s zich op vaste plekken, voordat ze doortrekken naar het hoge noorden of hun broedgebieden op zoeken. Vooral in het westen en in het noorden van het land zijn er dit soort verzamelplaatsen. Zo heb je direct onder Amsterdam het Landje van Geijssel. Daar zijn in februari en maart soms tot 4.000 grutto’s.
De grutto is lang en elegant, met een lange, relatief rechte snavel, een lange nek en lange poten. Naast de grutto (Limosa limosa) kent Nederland de IJslandse ondersoort en de rosse grutto. Het onderscheiden van de verschillende soorten grutto’s is lastig op grote afstand. Van dichtbij valt bij de rosse grutto op dat de vogel wat gedrongener is en een iets kromme omhoog gebogen snavel heeft. De IJslandse grutto heeft ook een kortere, maar wel rechte snavel. Onder de eerste terugkerende grutto’s zijn ze relatief het talrijkst (althans in Amsterdam en omgeving).
Er zijn in Nederland veel plaatsen waar je grutto’s kunt fotograferen. Aan het begin van het seizoen, zijn de verzamelplaatsen in de vroege ochtend en tegen de avond het meest geschikt. Je vindt ze bv in Arkemheen, ten noorden van Amsterdam en in Friesland. Dit zijn de momenten om zwermen grutto’s vast te leggen, voordat ze zich verspreiden naar hun broedgebieden.
De meeste broedparen komen voor op vochtige tot natte klei- en veengronden, met concentraties in Friesland, de Kop van Overijssel, Noord-Holland benoorden het Noordzeekanaal en het Groene Hart. In die periode tref je ze aan op de bekende paaltjes in het boerenlandschap.
Na het broedseizoen verzamelen ze zich weer voor de trek. In de droge zomer van 2018 bijvoorbeeld waren er door het lage water zeer grote aantallen te zien en fotograferen in de Oostvaardersplassen en op de Wadden.
De aantallen Grutto’s in België zijn aanzienlijk kleiner. De Uitkerkse Polder is een bekende plek om ze te zien en te fotograferen.