Een volwassen oehoe is maar liefst tussen 61 en 67 cm lang. De vrouwtjes wat groter dan de mannen. Daarmee is hij een stuk groter dan de ransuil die ongeveer half zo lang is. De rode ogen en de forse oorpluimen zijn kenmerken die de oehoe en ransuil delen, vandaar dat een oehoe toch wel eens voor een heel grote ransuil wordt aangezien. Een kenmerkend onderscheid is de roep, de oehoe dankt zijn naam aan het luide Hoe-oe dat van verre te horen is.
De oehoe is halverwege de vorige eeuw door bejaging uitgestorven in zowel België als Nederland. Gelukkig is de reuzenuil vanuit het oosten weer terug gekomen en langzamerhand is er weer een levenskrachtige populatie aanwezig van 150 broedparen in België en circa 20 in Nederland.
De leefomgeving is uiteenlopend en varieert van naaldwouden tot steppen, middelgebergte en zelfs kustgebieden. In onze streken houdt de oehoe het meest van rotsachtige plaatsen in het bos. Zijn nest maakt hij het liefst op richels in steengroeven of rotsen.
De oehoe leeft waar voldoende voedsel is. Dat kan van alles zijn, maar kleine zoogdieren zoals ratten en muizen zijn favoriet. Een vogel of een vis slaat hij niet af als er niets anders voor handen is.
Oehoes zijn vroege broeders, soms al in februari maar meestal in maart leggen ze 2-3 eieren. Na ruim een maand komen de jongen uit het ei. Pas na ruim twee maanden kunnen ze vliegen. Voordat ze geheel zelfstandig kunnen jagen is de zomer al haast voorbij. De jongen trekken weg om elders hun eigen broedplaats te vinden waar ze vervolgens de rest van hun leven blijven.

Eén reactie
Prachtig werk , veel passie en geduld. Lever je meesterwerkje. I ❤️ Birds
?️??️