Deze spechtachtigen (twee tenen naar voren en twee tenen naar achteren) zijn onopvallende jongens. Draaihalzen zijn verborgen vogels. Ze leven niet alleen een teruggetrokken bestaan, ze hebben ook nog eens een onopvallend uiterlijk. In de trektijd (in het voorjaar, maar vooral in het vroege najaar) zijn ze overal en nergens te verwachten. Met name langs de kust. De Maasvlakte is een ‘klassieke’ locatie waar deze soort jaarlijks is te vinden. Een scherp oog en geduld zijn noodzakelijk om deze stiekemerd te vinden. Eenmaal gevonden is het een kwestie van je verborgen opstellen, geduld en een portie geluk. Vroeg of laat komt deze wonderlijke vogel vanzelf uit de begroeiing om op de meer open vegetatie naar insecten zoals mieren te gaan zoeken.
Fototips
– Draaihalzen foerageren (voedsel zoeken) vaak op de grond, naar bijvoorbeeld insecten. Vooral mieren zijn populair. Kies daarom voor een laag camera standpunt.
– Draaihalzen op doortrek verblijven meestal maar een korte tijd op een bepaalde locatie. De kans is groot dat een eenmaal gevonden draaihals de volgende dag weer is vertrokken. Heb je een draaihals gevonden, wacht niet te lang, benut je kansen nog diezelfde dag!
– Draaihalzen hebben een enorme lange tong. Probeer eens een foto te maken waarop die tong goed zichtbaar is!
Verspreidingskaart
Meer weten?
En dan nog dit!
Zijn naam heeft deze vogel te danken aan een opvallend gedragskenmerk. Als je hem in de hand houdt, gaat deze vogel opvallend met zijn nek draaien. Je denkt dan op zijn minst dat er een steekie los zit bij deze vogel of dat hij ernstig gewond is. Als je hem dan van schrik of medelijden los laat blijkt er niets aan de hand te zijn en is hij, gezond en wel, vertrokken 😉