Menu

Onderdeel van Pixfactory

Gewone pad

De gewone pad is één van de algemeenste amfibieën in Nederland. De soort komt bijna overal voor, ook in stedelijk gebied zoals bij wat grotere tuinvijvers en in parken. Padden hebben een droge huid en kunnen redelijk goed tegen uitdroging. Buiten de voortplantingstijd leven ze op land en zijn ze met name ’s nachts actief. In het vroege voorjaar vindt de paddentrek en voortplanting plaats. Deze duurt kort, dus timing is van belang.
Foto van een paartje padden op trek in het gras (nachtopname)
Foto van een paartje padden op trek in het gras (nachtopname). Fotograaf: Jelger Herder

Gewone padden zijn niet zeldzaam. Met een goede voorbereiding kan iedereen ze fotograferen.

Spectaculair is de paddentrek in het voorjaar. Op de eerste warme dagen in februari en maart bij een luchttemperatuur van boven de 6 graden (liefst warmer) en bij voorkeur met regenachtig weer trekken de padden massaal naar het water voor de voortplanting. Ze komen dan uit hun winterverblijven (drogere plekken, bijvoorbeeld bossen of duinen) en trekken naar de poelen (bijvoorbeeld in de binnenduinrand gelegen). Met een zaklamp kun je ze dan ’s nachts op paden vinden, de mannetjes reizen soms al op de rug van de vrouwtjes mee, een zogenaamde amplex. Op warme dagen in het voorjaar zijn de padden ook overdag actief in het water of trekken ze zelfs naar het water toe. Padden leggen hun eieren in langgerekte snoeren.

Fototips

Tijdens de paddentrek zijn de dieren ’s avonds net na het donker op te sporen met een zaklamp. Let op ritselende bladeren die de bewegende padden verraden. De zogenaamde dubbeldekkers (mannetje op de rug van het vrouwtje) zijn fotografisch interessant.

Op warme dagen is er ook overdag activiteit in het voortplantingswater: de dieren kun je dan al zwemmend fotograferen en de eisnoeren bieden kansen voor mooie macro-opnamen.

Padden zijn niet schuw dus ze zijn eenvoudig te benaderen. Op plaatsen met helder water kun je met een onderwaterhuis of onderwaterzak om de camera heen onderwateropnamen maken van de massale voortplanting. Buiten de paartijd zijn padden met name op warme avonden, na een regenbui, in het donker actief.

Leefomgeving

Heel Nederland, bossen, duinen, stedelijk gebied etc.

Vindtijd

De paartijd is van februari/maart tot begin april.

Bescherming

De gewone pad is een wettelijk beschermde soort.

Kwetsbaarheid

De gewone pad is een algemene, niet bedreigde soort.

Verspreidingskaart

En dan nog dit!

In de paartijd zijn de mannetjes te herkennen aan hun dikke gespierde voorpoten waarmee ze de vrouwtjes, die vaak groter zijn, vastklemmen.

Geef een reactie

Deze artikelen vind je vast ook interessant: