Menu

Onderdeel van Pixfactory

Hoe fotografeer je het knopsprietje?

Het knopsprietje is een grappig klein sprinkhaantje dat heel algemeen is, maar vaak over het hoofd wordt gezien. De naam slaat op de verdikte toppen van de voelsprieten, wat met name bij de mannetjes duidelijk zichtbaar is. Het is een van de kleinste veldsprinkhanen van ons land. De mannetjes zijn ongeveer 1,5 cm groot. De vrouwtjes zijn iets groter.
Knopsprietje
Portret van knopspriet mannetje, macrolens met een set tussenringen. Fotograaf: Paul van Hoof

Het knopsprietje is zeer variabel in kleur. Alle combinaties van grijs, groen en bruin kun je tegenkomen. Soms zijn delen zelfs oranje. Naast de voelsprieten is het halsschild kenmerkend. De randen hiervan (kielen) zijn in bovenaanzicht sterk ingesneden en vormen een ‘X’.

Knopsprietjes zijn de vroegste soort die ’s zomers actief is. Ze zijn vanaf juni te vinden, maar blijven het hele seizoen actief tot in het late najaar.

Vaak zijn ze te vinden op de overgang van open zand naar de eerste begroeiing of op open plekken tussen de heide. Zelden in hogere vegetatie. Ze zitten vrijwel altijd op de grond. Als je het geluid van het knopsprietje leert kennen is de soort veel makkelijker te vinden.

Ondanks, of dankzij hun bonte uiterlijk hebben ze een opvallend goede schutkleur op de kale bodem. Kijk dus goed. Als ze opspringen, kijk dan goed waar ze landen en probeer ze langzaam te benaderen.

Knopsprietje
Kleurvariatie bij knopsprietjes. Boven de mannetjes, onder de vrouwtjes. Fotograaf: Paul van Hoof

Fototips

  • Vanwege het kleine formaat vormen ze een uitdaging voor de macrofotograaf. Gebruik een macro-objectief. Voor meer vergroting kun je daar bijvoorbeeld tussenringen aan toevoegen. Dat kan nodig zijn als je een portretje wilt maken.
  • De verdikte sprieten vallen het meest op van voren, dat maakt de soort extra geschikt om portretjes van te fotograferen.
  • Omdat de diertjes in open biotopen voorkomen zitten ze vrijwel altijd op de grond. Benader ze dan ook vanuit een laag standpunt. Een statief is al te hoog. Beter is het om een rijstzak te gebruiken of helemaal niets en de camera direct op de grond te leggen. Je kunt er dan een plastic zak onder leggen om te voorkomen dat er zand in de camera komt.
  • Knopsprietjes zijn overdag actief, met name bij warm en zonnig weer.
  • Onder de ideale omstandigheden voor de sprinkhanen is het echter moeilijk fotograferen. De dieren zijn snel en springen snel weg. Bovendien is het licht erg hard. Ga liever bij licht bewolkt weer op een minder hete dag.

Leefomgeving

Droge open biotopen; heidevelden, duinen, randen van stuifzanden en zeer schrale graslanden.

Vindtijd

(juni) juli – oktober

Meer weten?

Nederlandse soorten

Saltabel Natuurpunt.nl

Kenmerkengids veldsprinkhanen

Voorbeelden op Nederpix

Leestip: lees het artikel van Paul van Hoof in Natuurfotografie Magazine (juni 2018) over het fotograferen van sprinkhanen met witte achtergrond.

Bescherming

Niet wettelijk beschermd.

Kwetsbaarheid

Niet kwetsbaar. Dichtgroeien van heidevelden en verdwijnen van stuifzand zijn bedreigingen voor de soort.

Verspreidingskaart

En dan nog dit!

Knopsprietjes maken net als andere veldsprinkhanen geluid door de achterpoten langs de vleugels te wrijven. Ze hebben ook een speciaal baltsritueel, waarbij ze een ander geluid maken. Ze proberen het vrouwtje te verleiden door met hun voelsprieten heen en weer te zwaaien.

Knopsprietje
Baltsende knopspietjes. Het mannetje (links) imponeert het vrouwtje met speciaal geluid en het zwaaien met zijn voelsprieten. Fotograaf: Paul van Hoof

Reageer op dit artikel

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site wordt beschermd door reCAPTCHA en het Google privacybeleid en servicevoorwaarden zijn van toepassing.

Geef een reactie

Reageer op dit artikel

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site wordt beschermd door reCAPTCHA en het Google privacybeleid en servicevoorwaarden zijn van toepassing.

Deze artikelen vind je vast ook interessant: