Zie je een wat vermagerde, vreemd lang uitgerekte houtduif of een vervalste pseudo-sperwer, dan zal het heel goed een koekoek kunnen zijn. Overigens hoor je ze vaak eerder dan dat je ze ziet, het zijn namelijk grote meesters in vermomming. Door hun grotendeels licht- en blauwgrijze kleur vallen ze snel weg in de kleuren van de lucht. Het meest opvallend zijn hun felgele ogen, deze kleur komt ook (minder opvallend) terug in de snavel en poten. De buik is wit gevederd met een mooie zwarte bandering. Ze hebben een prachtige, lange waaiervormige staart, deze is zwart-wit geblokt. Die laten ze helaas niet vaak zien, als je geluk hebt maak je kans tijdens hun vlucht. Je moet dan erg alert zijn, want door hun zeer snelle vleugelslag zijn ze zo weer gevlogen. Een vrouwtje koekoek kan ook bruin gekleurd zijn over de gehele borst en bovenzijde en met meer bandering over het lichaam. Een juveniel herken je aan de spierwitte vlek aan de achterkant van zijn kop. Een koekoek wordt zo’n 33 centimeter groot en in rust staan ze bekend om hun zeer afhangende vleugels.
Bovenstaande foto kan wat vreemd ogen, zo’n kleine volwassen zangvogel die een flink uit de kluit gewassen jong voert. In de koekoekswereld is broed parasiteren echter heel normaal. Ze voeren samen een bijzondere wisseltruc uit. Pa op de uitkijk en intussen legt ma snel haar eigen ei in het nest van de waardvogel en laat een ander ei verdwijnen, hierdoor blijft het aantal eieren gelijk wanneer de waardvogel terugkomt. De nieuwe pleegmoeder onderscheidt haar eigen eieren niet van die van de koekoek. Dit komt omdat de koekoek zich heeft gespecialiseerd in bepaalde soorten waardvogels zoals de kleine karekiet, graspieper, witte en gele kwikstaart en de heggenmus. Een koekoek kan zich ook maar op één enkel waardvogelsoort specialiseren. Vervolgens broedt de waardvogel het koekoeksei uit en voedt het jong op, intussen gooit het jong slim zijn concurrenten uit het nest. Kuiken of ei dat maakt niet uit, het doel: hij blijft alleen en kan zo alle aandacht opeisen. Soms bedelt die zo hard dat omringende vogelburen te hulp schieten met voeren. Een ontzettend sluw, maar ook slim trucje van de koekoek om als luie ouder toch te blijven bestaan, ze kunnen in één jaar tijd wel 25 nesten bezetten!