Pyjamaschildwants

Pyjamaschildwantsen zijn in Nederland en België met geen enkel ander insect te verwarren. Met hun zwart-rode strepenpatroon in de lengterichting van het lichaam zien ze er weliswaar enigszins gevaarlijk uit, maar niets is minder waar. Pyjamaschildwantsen zijn onschuldige wantsen die hun kleuren gebruiken om potentiële predatoren af te schrikken.
Pyjamaschildwants op venkel
Pyjamaschildwants op venkel. Fotograaf: Luc Hoogenstein

Zuid-Europese bezoeker

Van oorsprong komen pyjamaschildwantsen uit Zuid-Europa. Het zijn echt warmte-minnende dieren, en dat is  ook de reden dat ze hier nu te zien zijn. Vroeger zag je ze hier niet, maar door klimaatverandering wordt het in Noord-Europa steeds warmer en kunnen ze zich nu ook hier eenvoudig handhaven. In 1996 werd de eerste pyjamaschildwants gezien. Sindsdien is het hard gegaan en zijn grote delen van Nederland veroverd. Alleen in het noorden en op de Waddeneilanden is de soort schaarser, maar dat zal waarschijnlijk een kwestie van tijd zijn.

Pyjamaschildwanten in peen
Pyjamaschildwantsen in peen. Fotograaf: Luc Hoogenstein

Strepen en stippen

De volwassen wantsen zijn van boven gemakkelijk te herkennen aan hun rood-zwarte strepen. Het is niet voor niets dat de pyjamaschildwants ook wel pyjamawants, rood-zwarte streepwants en gevangeniswants wordt genoemd. Mannetjes zijn wat explicieter en feller gekleurd dan vrouwtjes, die soms meer oranjerood zijn dan felrood. Het contrast qua patroon met de onderzijde is echter groot: de buik van een pyjamaschildwants is niet gestreept maar gestippeld! De rode onderzijde is voorzien van een groot aantal zwarte stippen. Jonge wantsen lijken weinig op het volwassen stadium en zijn in het begin van hun leven bruin gekleurd.

Van boven gestreept, van onderen gestippeld
Van boven gestreept, van onderen gestippeld. Fotograaf: Luc Hoogenstein

Wantsen en kevers

Pyjamaschildwantsen kennen, net als alle andere wantsen een zogenaamde onvolledige metamorfose. Dat betekent dat de jonge dieren een aantal maal moeten vervellen voordat ze eruit zien als de volwassen dieren. Daarmee verschillen ze van kevers, die een volledige metamorfose kennen. Dat betekent dat de larve niet verveld en uiteindelijk verpopt. In totaal vervellen pyjamaschildwantsen vijf keer. Het voedsel bestaat voornamelijk uit plantensappen, maar ook dode dier en kleine levende dieren zoals bladluizen worden gegeten.

Vaak zie je meerdere wantsen bij elkaar in een plant zitten.
Vaak zie je meerdere wantsen bij elkaar in een plant zitten. Fotograaf: Luc Hoogenstein

Fototips

  • De belangrijkste tip: zoek in schermbloemen. Pyjamaschildwantsen zijn zonaanbidders en zitten vaak bovenin peen, venkel, fluitenkruid en andere schermbloemigen
  • Gebruik een macrolens. Vuurwantsen zijn klein waardoor een macrolens een onontbeerlijk instrument is.
  • Je hoeft niet meer naar Zuid-Europa: overal waar schermbloemen staan kun je ze vinden. In het noorden is de soort nog wat schaarser.

    Pyjamawants. Fotograaf: Luc Hoogenstein

Leefomgeving

Stedelijk gebied, zandgronden

Vindtijd

april – oktober, soms ook in de winter

Meer weten?

Bescherming

Niet beschermd

Kwetsbaarheid

Niet bedreigd

Verspreidingskaart

En dan nog dit!

Pyjamaschildwantsen leggen hun eitjes in het voorjaar. De larven verschijnen vervolgens van juni tot in september. De eerste larven zijn in juli al volwassen, wat betekent dat je een deel van de zomer volwassen dieren en larven in allerlei stadia naast elkaar kunt aantreffen.

Pyjamawants in peen.
Pyjamawants in peen. Fotograaf: Luc Hoogenstein

Reageer op dit artikel

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site wordt beschermd door reCAPTCHA en het Google privacybeleid en servicevoorwaarden zijn van toepassing.

Geef een reactie

Reageer op dit artikel

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site wordt beschermd door reCAPTCHA en het Google privacybeleid en servicevoorwaarden zijn van toepassing.

Deze artikelen vind je vast ook interessant: