De rode heidelucifer is een korstmos, een bijzondere plantengroep die ergens thuishoort tussen schimmels en algen. Het grootste deel van het korstmos is schimmel. Onder de microscoop zie je dat het best: het bestaat uit schimmeldraden. Vlak onder de opperhuid wonen tussen de schimmeldraden kleine eencellige algen. Deze zijn groen en daarom zien korstmossen er vaak wat groenig uit, de algen schijnen door de huid heen.
De algen zorgen voor voedsel: ze maken glucose uit licht en lucht. De schimmel zorgt voor stevigheid en bescherming voor de alg. Zo helpen ze elkaar verder, een fraai staaltje van symbiose.
Het rode kopje van de heidelucifer is het vruchtlichaam. Hier komen de sporen vrij die bijdragen aan de voortplanting van deze korstmos. Een spore heeft voor een succesvolle kieming natuurlijk wel een vrijlevende alg nodig om weer uit te kunnen groeien tot een volwaardig korstmos.
Korstmossen planten zich ook ongeslachtelijk voort. De korrels op het korstmoslichaam breken makkelijk af en kunnen zo weer uitgroeien tot een nieuw exemplaar. Gemakkelijk, want alg en schimmel zitten hier al bij elkaar.
De rode heidelucifer hoort tot de uitgebreide groep van Cladonia’s. Bekende familieleden zijn de bekermossen, zoals het rood bekermos dat eveneens uitblinkt door kleurenpracht.
Eén reactie
volgens mij heb ik een van deze soorten bekermos ook al gefotograveerd ik weet zo niet welke maarvolgens mij het rode bekermos