Er bestaan diverse soorten waterranonkels die niet altijd even makkelijk uit elkaar te houden zijn. Hun overeenkomst is dat ze witte bloemen hebben, in tegenstelling tot hun naaste familieleden op het land, de felgele boterbloemen. Vaak hebben ze twee soorten bladeren, drijvende bladeren op het water en ondergedoken, fijn vertakte bladeren. De stengels onder water kunnen wel drie meter lang worden. Vaak zie je de bloemen massaal opduiken in pas uitgegraven sloten en poelen. Na enkele jaren verdwijnen ze soms weer, als andere planten de overhand nemen.
