Donkere dagen van Kerst
Eind vorig jaar leefde ik enorm toe naar de feestdagen en vooral de bijna twee weken vakantie die daaraan waren gekoppeld. Even geen werk of andere verplichtingen, maar lekker doen waar je zin in hebt zonder de druk van baas, wekker en klok. Dat liep net even anders. Op de laatste middag op kantoor werd ik gebeld dat het plotseling niet goed ging met mijn oma. Ze was 93 en al een tijdje ziek, maar de verwachtingen waren toch heel anders dan wat er nu gaande was. De relatieve rust werd abrupt vervangen door dagelijkse tripjes naar ziekenhuis en ouders. Na een kort ziekbed vond oma eerste kerstdag een mooi moment om opgehemeld te worden. Daar hoorde zij engelen zingen.
De kerstdagen zijn toch bij uitstek dagen om eens lekker met de familie bij elkaar te komen en bewust blij te zijn dat je elkaar hebt. Dan is het extra verdrietig als juist op zo’n moment iemand uit je eigen kleine kringetje je ontvalt. Voor ons al de tweede keer, andere oma koos ooit de dag voor Kerst om er tussen uit te piepen. Benieuwd wie Tweede Kerstdag gaat claimen, vooralsnog is ie nog vrij.
Ontprikkelen
De dag na Kerst moest ik er even uit, de boel laten bezinken, mijn gedachten ordenen, even geen prikkels. Dat is sowieso een voorname reden voor mij om juist de natuur als onderwerp van mijn fotografie te nemen: mijn hoofd legen. Het enige afval dat ik in de natuur achterlaat is geestelijk van aard. Niet tegen de boswachter zeggen hoor.
Met een hoofd vol emoties en gedachten ga ik meestal niet op zoek naar bijzondere of abstracte beelden, voor creativiteit is dan geen plek in mijn bomvolle hersenpan. Nee, op zo’n moment ga ik het liefst in een tentje of hutje zitten afwachten wat er gebeurt. Misschien een leuke registratiefoto van een vogel, misschien ook niet. Het maakt niet uit. Die grauwe ochtend was het niet veel, en dat was maar goed ook. Ik had alle tijd nodig om mijn gedachten de vrije loop te laten. Slechts zo nu en dan werd dat proces opgehouden door een korte fotopauze. Een ijsvogeltje op de tak, de wind die mooie schilderingen op het wateroppervlak aquarelleerde, een zilverreiger die gracieus ten hemel vloog, oma achterna.
Hamertje-tik
Terwijl ik in dat tentje zat, verzonken in zowel de modder als mijn gedachten (of juist de modder van mijn gedachten), kwamen de vreemdste herinneringen aan oma boven drijven. Het merendeel uit de periode dat de term ‘kleinkind’ de lading nog dekte. Alle zintuigen deden mee. Zo kon ik de geur van de bijkeuken terughalen, een wonderlijke mengeling van bastognekoek en wasmiddel. Ik zag de eeuwige kalender met werken van voetschilders aan de koelkast hangen. Waarschijnlijk wachten die nog steeds op een doorbraak, een veelkleurige voet tussen de deur. Ik hoorde hoe de Turkse tortels koerden (Turken die koerden, toen mocht dat nog van dictasnor Erdogan) op een zonnige zondagmiddag in de tuin van opa en oma. Ik herinnerde me de Datsun die ze ooit hadden. En vooral hoe verrekte heet de leren bekleding kon worden na een dagje in de zon op de parkeerplaats van een inmiddels al lang ter ziele gegane dierentuin. En natuurlijk het hamertje uit mijn eerste timmerkist dat ik achteloos over mijn schouder weggooide. Dwars door de zijruit van die Datsun. Alsnog sorry, opa en oma. In gedachten liep ik probleemloos door alle vertrekken van hun toenmalige huis. Om net iets langer stil te staan in de woonkamer, met altijd weer de vraag waarom bij ons thuis het Perzische tapijt onder de tafel lag en bij opa en oma er op. En te eindigen in de tuin met het schuurtje waarvan ik ooit trots was dat ik de achterkant had mogen schilderen. Pas nu, decennia later, starend naar een flard wapperend camouflagedoek, daagde het dat ik waarschijnlijk de enige was die tussen schuur en garagemuur paste, en dat vanwege diezelfde beperkte ruimte toch niemand het resultaat zou zien. Een boel mysteries opgelost. Opsporing verzocht doet er langer over.

Heling
Het was een heerlijk helende ochtend. Toen ik na een paar uur het tentje uit kroop had ik mijn geheugenkaartje half gevuld en mijn eigen harde schijf half gedefragmenteerd. Alles in de tent 50%. Beter ten halve gefotografeerd dan ten hele gedwaald. De baksteen in mijn maag was weg, slechts wat gruis dat restte. Ik had min of meer vrede met wat er was gebeurd, en zowaar weer een voorzichtige glimlach in mijn grauwe gezicht gebeiteld. Allemaal dank zij enkele uurtjes verblijven in de schoot van moeder natuur. Gelukkig is deze vorm van heling niet strafbaar. Oma, tot ziens.
8 reacties
beste Marijn, ik vind je verhaal mooi en bijzonder om te lezen. Bedankt voor het delen.
Sander
Weer een mooi en herkenbaar verhaal! Ik zit ook nog steeds in ‘ die tijd ‘ , heb helaas onverwachts afscheid moeten nemen van mijn moeder en vooral oma voor de kits… En inderdaad is de fotografie een goede fix om je weer op te beuren en verder te gaan.