Prikkelend?
Oh ja, de columns mochten ook graag iets scherper, jullie zijn tenslotte een kritisch publiek. Dus terwijl jullie je tegoed deden aan de kerstkransjes zat ik me suf te peinzen over een geschikt onderwerp. Iets wat zou passen in jullie sterk gekaderde interessegebied en ook nog eens begin februari goede sier kon maken. En jullie aan het denken zou zetten. Want dat hoort bij de nieuwe columns. Geen brave verhaaltjes over (te) lange lenzen, vogelvrije vakanties of het misbruik van paddenstoelen. Wij moeten de lezers van Natuurfotografie.nl gaan prikkelen.

Verwend?
Maar hoe zet je de ‘verwende’ natuurfotograaf aan het denken middels een stukje tekst? Want laten we wel wezen, we zijn met z’n allen natuurlijk wel een bevoorrechte groep mensen. Niet alleen hebben we veel tijd om foto’s te maken, kijk maar eens naar wat er gebeurt als er een verdwaalde exoot ons land aan doet. Of als het weer tijd is om ‘onze’ herten van appeltjes te voorzien. We dragen ook een breed arsenaal aan spullen mee om onder alle omstandigheden iets moois te kunnen schieten. Zelden zie je nog fotografen die met ‘slechts’ één lens op pad gaan. Onze hobby beoefenen we al lang niet meer om de hoek. We stappen met z’n allen in de auto om de bloeiende hei, de dartelende weidebeekjuffer of de parende heikikker vast te leggen. Of we geven flinke bedragen uit om weekenden lang in kleine, meer of minder comfortabele fotohutten te zitten. Natuurlijk volgen we massaal dure workshops om nog(?) beter te worden. Daarbij geholpen door alle aanbieders die je mailbox vol stoppen met allerhande aanbiedingen. ‘Ons’ platform vormt daarop geen uitzondering. En als het even kan vliegen we de wereld over omdat niet alleen het gras bij de buren altijd groener is maar de beestjes er ook stukken leuker zijn. Het aanbod aan speciaal op fotografie gerichte reizen is inmiddels enorm, de prijzen zijn dat eveneens en toch moet je er snel bij zijn want anders is de reis volgeboekt. En ik zal er niet omheen draaien, ik doe er met veel plezier aan mee. Op het moment dat deze column gepubliceerd wordt staan mijn koffers al gepakt voor een reisje naar het hoge noorden.

Zelfspot?
Dus welk punt moet ik maken om mensen zoals jij en ik te prikkelen? Natuurlijk kan je (vermeende?) misstanden in de natuur aan de kaak stellen. Dat maakt wat los. Maar op een schaal zoals in de Oostvaardersplassen komen we misstanden (gelukkig) niet vaak tegen. Dus ben je snel uitgeschreven. En trek je als columnist jouw beschouwing mondiaal, stel je bijvoorbeeld de spanning tussen economische belangen en de wereldwijde natuurconservatie aan de kaak, dan lijkt dat weer te ver van huis. Het ‘bestrijden’ van exotische zondebokken komt in de buurt en kan op enige bijval rekenen, maar van echt los gaan van de geduldige lezers is geen sprake. En als je graag nog enige zelfspot in je column verwerkt, ik wil tenslotte niet al te serieus genomen worden, dan zet je sommige lezers op het verkeerde been. En de commentaren laten dan bij mij een gevoel achter als een in zijn wiek geschoten vogelfotograaf , zij het slechts licht geraakt. Een column mag misschien leuk zijn, maar zonder punt zijn het slechts woorden en blijft het ‘zinloos’.

Twijfel!
Mijn worsteling onder de kerstboom werd almaar zwaarder. En tijdens het kerstdiner, tussen de paddenstoelensoep en de hertenbiefstuk (die herten in de OVP worden natuurlijk niet allemáál achtergelaten voor de raven en vossen) drong zich de vraag op: “hebben mijn soort goedbedoelde inspanningen enige relevantie?” Mijn toenemende twijfel werd mede gevoed door een tweetal overwegingen die ik graag met jullie deel.
In de eerste plaats is het schrijven van een prikkelende column die mensen raakt natuurlijk een echt ambacht dat ver boven de talenten van de(ze) gemiddelde vrijwilliger uitstijgt. De National Geographic staat tenslotte ook niet vol met allerhande goedbedoelde amateurfoto’s. Slechts een handjevol professionals wordt gevraagd om hun werk in te leveren.
En in de tweede plaats is het aanbod artikelen met betrekking tot (natuur)fotografie inmiddels vele malen groter dan ik aan kan. Eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat ik al lang niet meer alles lees. Er dreigt te veel herhaling of het is te ver gezocht en ik heb er de tijd niet meer voor (over).

Bedankt!
Als dit soort gedachten zich opdringen is ‘het leed’ al behoorlijk ver op weg om te geschieden. Met enige regelmaat bijdragen aan natuurfotografie.nl gaat voor mij niet vanzelf en moet tussen de bedrijven door. Het voorziet nu eenmaal niet in mijn levensonderhoud. Sterker nog, ik kan er nog geen ijsje van kopen. Ik moet er energie in steken en wil er daarom ook nog enig plezier aan beleven. En dat wordt steeds lastiger. De afloop is daarom onvermijdelijk…met 26 bijdrages sinds 26 augustus 2016 voel ik dat het tijd is om er een punt achter te zetten. Ik wil jullie graag bedanken voor alle reacties en wens jullie nog veel leesplezier met alle bijdrages van ‘mijn collega’s’.
red.
Mede namens de redactie wil ik Erik enorm bedanken voor zijn inzet en vele bijdragen die hij voor ons platform heeft geschreven. Wij zijn deelgenoot geweest van zijn overwegingen, wat hem bezighield en hoe hij als fotograaf te werk ging. Ondanks dat ik zijn overwegingen respecteer vind ik het toch erg jammer dat we afscheid nemen… wie weet dat we je in de toekomst nog een keer mogen strikken. Groet Johan.
9 reacties
Volgens mij is de tekst bij de foto’s in Natuurfotografie ondersteunend aan de foto’s. In National geographic is dit omgekeerd. Ik heb je artikelen altijd met plezier gelezen. Ik kan wel snappen dat je genoeg ook genoeg vindt.
Hi Albert,
Thnx en dank voor je begrip 😉
Groet, Erik