Klassieke landschappen
Vooral landschapsfoto’s met een beeldtaal die wij kennen van schilders, zullen door de kijkers meestal wel gewaardeerd worden. Hoewel men al in de eerste eeuw landschappen schilderde, zoals op de fresco’s in Pompeii, associëren wij geschilderde landschappen vooral met de schilderkunst vanaf de zeventiende eeuw. Al honderden jaren beelden kunstenaars landschappen uit op een manier, die weliswaar steeds veranderde, maar ook een vaste basisreceptuur in zich draagt, die blijkbaar tijdloos aanspreekt en daarom wordt overgenomen en blijft voortbestaan. Zo is een soort klassiek beeld van een landschap ontstaan. Landschapsfotografie geënt op dit beeld kunnen wij karakteriseren als klassieke landschapsfotografie.

Het mooiste landschap?
Er is ooit een onderzoek gedaan waarbij aan duizenden mensen over de hele wereld werd gevraagd naar hun ‘ideale’ schilderij, dat wil zeggen wat daar op te zien zou moeten zijn. Opvallend veel mensen, ongeacht hun culturele achtergrond, bleken een voorkeur te hebben voor een landschap met een ondergaande zon boven een meer, omgeven door bomen en bergen, met eventueel nog een hert of ander aardig dier aan de waterkant. Hoewel er volgens het spreekwoord niet over smaak valt te twisten, bestaat er kennelijk wel een collectief gevoel van wat mensen mooi vinden en waar zij graag naar kijken.

Aangenaam klassiek?
Zoals er onderwerpen bestaan die veel mensen graag zien, zo bestaat er ook een min of meer vaste beeldopbouw of compositie die alom in de smaak blijkt te vallen. De vraag is of zo’n ideaalbeeld in onze genen zit of dat wij het zijn gaan waarderen uit traditie, generaties lang kijkend naar gerenommeerde schilderijen. Compositieregels als de Gulden Snede worden al zo lang toegepast dat dit wel nooit opgehelderd zal worden.

Feit is dat er een bepaalde set kenmerken bestaat van een schilderij of foto, die maken dat wij het als een klassiek landschapsbeeld herkennen. In zo’n beeld heeft de maker bewust of onbewust erkende technieken toegepast. Dit houdt in dat er geen gekke, onverwachte dingen gebeuren. De horizon ligt waterpas op een aangename hoogte, het perspectief komt ongeveer overeen met de beeldhoek van het menselijk oog en de kleuren en contrasten komen natuurlijk over. Kortom, alles klopt. Deze voorspelbaarheid is de grote kracht van de klassieke landschapsfotografie.

De kracht van voorspelbaarheid
Tegelijk vormt dat ook een valkuil, want te voorspelbaar kan saai worden. Voor de fotograaf die zich bezighoudt met klassieke landschapsfotografie is het daarom de uitdaging beelden te maken, die vertrouwd maar toch ook boeiend zijn. Je zou dit kunnen vergelijken met een musicus die een overbekend klassiek werk uitvoert. Iedereen kent het stuk, maar door technische perfectie en persoonlijke stijl kan hij het publiek toch boeien tot de laatste noot. Voor klassieke landschapsfotografie is in principe geen bijzondere apparatuur vereist. Een standaardlens of groothoek- zoom op de camera plus een degelijk statief volstaat al. Des te meer wordt gevraagd van de fotograaf, want die zal beelden moeten maken die wij weliswaar verwachten, maar waarmee hij ons toch ook weet te verrassen. De foto die toevallig en vanzelfsprekend genomen lijkt, maar waar in werkelijkheid veel voorbereiding in kan zitten en die de aandacht van de kijker in bijzondere mate weet te trekken.
Eén reactie
Ik hou van landschapsfotografie en hou mij daar zelf ook een beetje aan. Eigenlijk uit noodzaak omdat ,zoals Jaap schrijft , men niet zoveel fotomateriaal nodig heeft en fotografie als hobby wel een dure aangelegenheid is.