Alles wil niet starten…
“Pak lekker de motor!“. Ik kijk verstoord op en besef mij dat ik een heel verhaal heb gemist. “Waarheen?”, vraag ik dom. “Moet je niet naar Omroep Gelderland?”. Oh ja, natuurlijk. Ik moet de Gelderse Natuurfotowedstrijd van BuitenGewoon, het natuurprogramma van Omroep Gelderland, jureren. Ik was het alweer vergeten. “De motor, da’s een goede. Misschien wat frisse wind door mijn hoofd.” “Precies daarom! Je hebt dit jaar nog niet eens gereden.” Het is inderdaad prachtig weer. Vol goede moed trek ik de choke van mijn allroader open en druk op de startknop. Een poos draait de startmotor dapper rond maar helaas. Het gevreesde geluid van een steeds trager wordende startprocedure aanhorend laat ik de startknop los. De tweewieler en de vanderWieler beseffen beide hetzelfde: alles met wielen wil vandaag niet starten…
Verslaafd aan adrenaline
Toch maar in de auto draai ik alle raampjes open (zo ging dat in 1974) en laat alsnog de wind door mijn hoofd gaan. Tijdens het rijden denk ik na. Wat is er met mij aan de hand? Waar is mijn plezier in de fotografie gebleven? Waar is mijn tomeloze energie? Ik doe al weken wat ik moet doen, draai mijn opdrachten, voltooi artikelen maar mis de passie die ik zo van mezelf ken.
Wanneer heb ik dit jaar die energie wel gevoeld? Tijdens mijn avontuur op Terschelling, de stress van de maansverduistering. Dat was passie en adrenaline. En tijdens de eerste Arctic Aurora Chase; spanning, avontuur en bevroren neus. Mijn passie ligt blijkbaar in het avontuur. Kijken of het lukt, kijken of het mij lukt. Plannen smeden en ervoor gaan. Die adrenaline is de motor voor mijn passie, misschien ben ik wel verslaafd aan het avontuur.
Prestatiedrang
En verder? Zowel mijn bezoeken aan Ameland als Schiermonnikoog dit jaar werden gekenmerkt door grijs en grauw weer. Beide keren had ik allerlei plannen en ideeën maar het weer deed niet wat ik wilde. En meteen sta ik dan stil. Ik raak mijn camera nauwelijks aan en áls ik dan eindelijk mijzelf een schop onder mijn fotografenkont geef is het zwoegen. Op Schier dwong ik mijzelf aan de slag te gaan met een veldje vol wilde hyacinten en koekoeksbloemen maar de geest wil niet komen. Het licht doet niet wat ik wil en zelfs met flitsers wordt het resultaat niet… waanzinnig.
Terwijl ik de parkeerplaats van Omroep Gelderland opdraai besef ik mij dat ik dichter bij de kern kom. Blijkbaar vind dat ik dat ik waanzinnige beelden moet maken; altijd en overal. Dat ben ik verplicht, ik moet presteren. Als ik een week op Schier ben geweest verwacht ik van mezelf dat ik de wereld versteld kan laten staan van mijn resultaten. Daar ben ik toch fotograaf voor?
Jij zult wel weer waanzinnige beelden hebben gemaakt?
Pas na een paar dagen post ik de eerste foto van Schier op de social media. Voor mij een teken aan de wand. Als ik stuiterend terugkom van een reis – zoals in 2018 toen ik noorderlicht kon vastleggen op de Wadden – dan weet ik niet hoe snel ik dat met de wereld wil delen. Nu niet. En het blijkt ook meteen uit de reacties, weinig likes en replies. Ik worstel mij door series heen maar geen van de beelden haalt de denkbeeldige lat die ik – blijkbaar – vind dat de wereld van mij verlangt. Niemand zegt het tegen mij maar het is alsof Facebook met koeienletters tegen mij zijn verwachting uitschreeuwt “Jij zult wel weer waanzinnige beelden hebben gemaakt?“. Ik voel dat ik faal… want nee, ik heb geen spectaculair beeld gemaakt wat het noorderlicht of de maansverduistering overtreft.
Eens een 10… dan altijd een 10!
Natuurlijk zegt mijn verstand tegen mij dat dat ook niet reëel is. Dat je als fotograaf niet ieder volgend beeld nóg beter kan maken dan het vorige. Dat je niet jezelf en je publiek elke dag opnieuw kan laten verbazen door nóg iets waanzinnigers. Waarom kan die stem in mijn hoofd dan niet worden overgehaald door mijn verstand? Als je ooit een 10 haalt voor wiskunde kun je moeilijk daarna van jezelf verwachten dat ieder volgend cijfer ook een 10 is? Oh wacht, dat deed ik dus wel, toen ook al. En zo slaagde ik met een 10 (had eigenlijk een 11 moeten zijn!) op mijn eindlijst van het VWO. Blijkbaar was ik dus toen ook al zo.
Hij start!
Weer thuis zit Sandra nog steeds heerlijk in het zonnetje te genieten van het leven in onze tuin. Dit moet ik ook gaan leren. Blij zijn met een 10 maar ook daarna weer kunnen genieten van een 7. Zonder dat ik erbij stil sta druk ik weer op de startknop van de motor en ik schrik op als de twin ronkend tot leven komt. Dan neem ik een besluit en ga gewoon een stukje rijden. Pak aan, helm wagenwijd open en na een paar kilometer is het alsof ik gisteren nog heb gereden. Met het zonnetje boven de dijkweg neem ik een tweede spontaan besluit. Ik bel een bevriende fotograaf en na een half uur zit ik bij hem (en zijn vrouw en zoon) in de tuin te genieten van verse gemberthee.
Productiesyndroom
Heel open doe ik mijn verhaal en vertel over mijn gevoel te moeten presteren. Niemand die het mij oplegt behalve ikzelf, het gevoel dat heel de wereld van mij verlangt dat ik bij iedere wedstrijd tot de winnaars behoor en ik iedere dag een foto laat zien die nóg beter is dan die van gisteren. Mijn vriend glimlacht. “Dat is het productiesyndroom.“. Oh ja, is daar zelfs een woord voor? “Nee hoor, heb ik nu ter plaatse bedacht”. Van letterlijk drie kanten krijg ik input op mijn gedachten en worden goede vragen gesteld. Mijn wens wordt duidelijk: mijn passie en energie volledig uit mijzelf te kunnen halen, zonder de afhankelijkheid van externe factoren als natuur, elementen, complimenten, likes, media aandacht of winst bij wedstrijden.
De beste tip komt van zijn vrouw; kort en krachtig. Dankbaar voor zoveel vriendschap en vriendelijkheid stap ik op de motor die – net als ik – nu wel meteen start. Met nieuwe energie rij ik op huis aan. Natuurlijk verander ik niet in één dag maar er is wel een last van mij afgevallen en ik weet nu welke richting ik op moet… eeeh… wil.
9 reacties
Beste Johan,
Wat is het artikel raak en vooral herkenbaar. En er is soms weinig voor nodig om in zo’n fase te geraken na zoveel fotografische toppers. De persoonlijke leegte is nodig om weer om te kunnen herladen en vooral te relativeren. De grootste kunstenaars tobben met hetzelfde probleem.
Groet Gerrit.
Kerel wat een mooi stuk! Hoewel amateur herken (en erken) ik de situatie.
Je schrijft er open en eerlijk over in een voor jouw typerende stijl. Sterk!
Succes met je zoektocht en ik weet zeker dat je jezelf zult vinden.
Dank je wel voor je compliment! Mijn streven is om altijd open en eerlijk te zijn, er zijn er al meer dan genoeg die (mede dankzij de social media) een veel mooier beeld van zichzelf scheppen dan wat het is. En juist dit soort worstelingen maakt mensen ‘menselijk’. Ik worstel bij tijd en wijle en heb dat ook nodig om te blijven reflecteren en wat afstand te nemen… waarom mag dat niet verteld worden?