Geen vleugels, maar wel véél poten!
Waar bij insecten zoals vlinders en libellen de vleugels vaak een hoofdrol zullen spelen in het beeld, gaat bij spinachtigen al snel alle aandacht naar de poten. Deze zullen maar zelden in een plat vlak liggen, zodat je keuze van diafragma en bijbehorende scherptediepte cruciaal is. Alleen tegen een behoorlijk rustige achtergrond zal het lukken om het grootste deel van de poten scherp af te beelden en toch de aandacht volledig op de spin te krijgen. Soms lukt dit niet en gaat de omgeving te veel afleiden wanneer je meer van de spin scherp probeert te krijgen door sterker te diafragmeren. Dan ligt het voor de hand om in ieder geval de kop met de ogen scherp te krijgen. Dat is toch het deel van ieder dier waar je als eerste naar kijkt. Gelukkig zijn er heel wat spinnen en hooiwagens die prachtige ogen hebben, waar je je als macro-fotograaf helemaal op kunt uitleven.
Flitsen op spinnen
Er zijn nogal wat situaties waarin flitslicht je kan helpen om betere spinnenfoto’s te maken. Binnenshuis zitten spinnen graag in donkere hoekjes achter de gordijnen of zelfs in je aanrechtkastje. Meestal heb je op dat soort plekken veel te weinig licht en/of lelijk licht. Maar ook buiten in het veld kun je flitslicht inzetten voor spannendere spinnenfoto’s. Zo kun je bijvoorbeeld een of meer flitsers gebruiken om van die prachtige glimlichtjes in het spinnenweb tevoorschijn te toveren.
Een andere toepassing van flitslicht bij een spinnenfoto is de bekende invulflits. Wanneer je zonder flits een mooie spin in haar web tegen de lucht wil fotograferen wordt het al snel kiezen tussen een silhouet tegen een blauwe lucht óf een mooi belichte spin tegen een veel te lichte lucht zonder enige kleur of detail. Met een juist gedoseerde invulflits is het mogelijk om beide te combineren. Met de flitscompensatie van je camera kun je de sterkte van je invulflits regelen afhankelijk van de omstandigheden ter plekke op dat moment.
Geen spin, maar toch acht poten?
Behalve spinnen zijn er nog een aantal verwante diergroepen die ook acht poten hebben, zoals de teken, schorpioenen en hooiwagens. Teken probeer je als natuurfotograaf zo veel mogelijk te vermijden en schorpioenen komen in ons land (gelukkig of helaas?) niet voor, maar hooiwagens des te meer. Met hun gigantische poten en wat kwetsbare uiterlijk zijn ze ook voor spinnenhaters nog wel aanvaardbaar als fotomodel.
De hooiwagen met de toepasselijke naam strekpoot is een leuke ‘nieuwkomer’ in de Lage Landen. Deze soort kun je vooral in de herfst en tot in de vroege winter aantreffen op muren. De karakteristieke rusthouding en de lange gevorkte palpen maken het tot de meest herkenbare hooiwagen.
Meer lezen over macrofotografie?
Koop ons Praktijkboek macrofotografie.
Hét standaardwerk over macrofotografie.
Te koop bij de betere boekhandel en via de webshop.
Eén reactie
Spinnen zijn een favoriet onderwerp van mij , ik heb hopen foto’s 😀 ik heb er ook zelf 2 thuis die ik als model gebruik :p