Oorspronkelijk komen de moeflons voor in bergachtige omgevingen waar ze vooral te vinden zijn in bossen in combinatie met bergweiden. In Nederland leeft deze schaapachtige in een ander soort gebied, de vier bestaande populaties bevinden zich allemaal op de Veluwe. Ze zijn hier uitgezet voor de jacht, maar daarnaast vervult dit schuwe zoogdier ook de rol om heidegebieden en andere soort vlaktes open te houden. Dat doen ze door de grassen en jonge boompjes te eten die tussen de heide en mossen groeien.
Moeflons hebben geen vast territorium. Ze leven in kuddes en verplaatsen zich over grotere afstanden. Echter, in Nederland zijn de hekwerken de beperkende factor voor de migratiedrang van de moeflons.
Ze maken het hele jaar door geluid door te mekkeren waardoor de moeflons hun aanwezigheid vaak verraden. Daarnaast hebben ze geregeld een aantal weken of maanden dezelfde ligplaatsen waar duidelijke sporen aanwezig zijn van deze dieren. De ligplaatsen worden sterk beïnvloed door de druk van recreatie op bepaalde plaatsen.
De bronsttijd vindt plaats in de maanden oktober en november waarbij de grootste mannetjes (rammen) vechten om het grootste aantal vrouwtjes (ooien) om ze vervolgens te dekken, net als bij edelherten. Door een duidelijke hiërarchie zijn de mannetjes wat toleranter dan bij herten. Het bij elkaar houden van de kudde gaat gepaard met groot geweld waarbij de rammen met de horens op elkaar klappen. Die klappen zijn van ver al te horen!
2 reacties
Mooi verhaal geworden Jeffrey!