Meestal heb je bij varens grote veervormige bladen in gedachte. Niet bij het muurvarentje, dat is maar een kleintje. Pas als je een blaadje omdraait zie je de bruine sporenhoopjes zitten en dat maakt het een volwaardig lid van de orde van varens.
De varenblaadjes zijn onregelmatig vertakt en de vertakkingen eindigen in een driehoekig, gekarteld deelblaadje. De jonge blaadjes zijn eerst nog opgerold, ook heel kenmerkend voor varens.
Muurvaren is niet heel kieskeurig, op een oud tuinmuurtje, bij een brug of in een steeg, als de stenen maar een beetje verweerd en vochtig zijn.
De sporenhoopjes zijn mooi om door een loep te bekijken. Dan zie je de bolvormige sporendoosjes zitten, waarin de sporen rijpen. Rondom het doosje zit een soort stevige rupsband. Bij droogte en rijpheid strekt deze band zich en dan scheurt het ronde doosje open. De sporen waaien weg en zorgen zo voor de verspreiding van de soort.