Voordat ik ga vertellen over hoe je de roodborsttapuit op de foto krijg wil ik je graag iets meer zeggen over deze vogel zelf. Roodborsttapuiten zijn echte trekvogels, ze verlaten Nederland rond september en oktober. Dit kleine vogeltje vliegt dan naar Frankrijk tot helemaal naar Noord-Afrika. In februari vliegen ze weer terug naar Nederland om hier te broeden en te smikkelen van de Nederlandse wormen, rupsen, vlinders en slakken. Maar het allerliefst eet deze vogel langpootmuggen.
In het Nederlandse heidelandschap, duinen en ruigtes broedt deze vogels op de grond. Om zich voort te planten heb je natuurlijk een mannetje en vrouwtje nodig. Beide geslachten verschillen qua uiterlijk van elkaar. Zo heeft het mannetje een duidelijk zwarte kop en mantel met een witte band om zijn nek, het vrouwtje is veel bruiner van kleur. Wat ze beide gemeen hebben is de rode borst, dat verklaart ook de naam.

Het mannetje moet een vrouwtje wel versieren en hier komt de metaalachtige zang bij kijken. Op hoge plekken gaat het mannetje uitbundig zingen. Tijdens het zingen is de roodborsttapuit dan ook prachtig om te fotograferen. Als je hem dan heel voorzichtig benadert kun je dichtbij komen. Omdat deze vogel erg van kruidenrijke vegetaties houdt kan het een leuk kleureneffect opleveren op welk kruid hij zit. Zo kun je spelen met het paars van een distel of het groene van een den.